zondag 29 augustus 2010

Hoofdstuk 11 - Ontdekte geheimen

AroPOV

Iedereen keek me verbaasd aan toen ze de deuren uit wandelden. Ik kon hen wel begrijpen, maar dit was een deel van mijn plan. De Cullens waren een veel te grote coven en samen met de Denalicoven kon dit een gevaar worden voor de Volturi.

“Alec, wil je wraak nemen op je zus?” Hij keek me geschokt aan, maar niets wees erop dat hij zou weigeren. Hij wandelde op mij af en boog voor mij.

“Wat moet ik doen, Meester?” vroeg hij.

AudreyPOV

Julie reed op topsnelheid naar First Beach en ik begon te lachen.

“Wat?” vroeg ze. Ik bleef haar lachend aankijken.

“Kan je haar niet missen?”

“Euhm,…” Julie begon rood te worden en het was duidelijk dat ze zich schaamde.

“Julie, je hoeft je niet te schamen. Ik ken het gevoel.”

“Is het normaal dat het zo sterk is?” Ik keek naar haar en dan recht vooruit.

“Ik ontkende die gevoelens de eerste keer dat ik Jacob tegenkwam.”

“Hoe bedoel je?”

“Euhm…” Ik twijfelde hoe ik het haar moest vertellen. Mijn zelfmoordpoging lag heel gevoelig bij Julie. “De dag van mijn sprong was hij ook op die kliffen.” Ik bleef voor mij voor kijken toen ik aan dat moment dacht.

“Dat heb je al verteld.” Ik keek haar schuldig aan.

“Ik wilde net gaan springen toen hij me tegenhield. Ik draaide me om en bekeek hem van kop tot teen. Toen ik bij zijn ogen aankwam, stond mijn wereld plotseling stil. Hij probeerde mij te overtuigen tot hij weg moest. Ik negeerde de aantrekkingskracht die ik tot hem voelde. Ik wilde niet geloven dat mijn gevoelens voor Bart overtroffen werden. Dat dit gevoel sterker is.” Julie keek me verbaasd aan.

“Dus daarom sprong je toch?”

“Ja en nee. Ik was mijn leven beu en ik miste mijn leven voor het auto-ongeval.” Ik keek haar aan en zag dat ze de wagen geparkeerd had op de parking van First Beach.

“Ik snap het niet.” Het was moeilijk te beschrijven dat ik niet meer het onbezorgde meisje was dat gelukkig was met haar broer. Ik heb me maanden schuldig gevoeld. Eigenlijk voelde ik me nog steeds schuldig.

“De pijn en het verdriet heeft me hard gemaakt,” fluisterde ik. “De emoties die ik de afgelopen 7 maanden heb gevoeld waren onmenselijk.” Aan Julie’s gezichtsuitdrukking kon ik zien, dat ze begon te beseffen wat ik bedoelde.

“Ik denk dat ik het begrijp,” zei ze stil. Ik keek haar met een triestige glimlach aan.

“Ik denk van niet, maar het is niet erg. Mijn ontkenning van die aantrekkingskracht en natuurlijk dat ik mijn emoties niet meer de baas was, waren de reden dat ik sprong.” Ik durfde niet naar Julie kijken. Ik voelde haar hand op mijn schouder en ik keek naar haar. Ze had een schuldige blik.

“Sorry, dat ik zo hard heb gereageerd.” Ik schudde mijn hoofd.

“Neen, je reactie was begrijpelijk. Ik zou net zo gereageerd hebben. Je bent als een zus voor mij.” Ik keek uit over First Beach en besloot om even te gaan wandelen. Ik wist niet goed wanneer Jacob zou aankomen, maar ik hoopte dat hij niet te lang wegbleef. Ik miste hem nu al. “Kom we gaan wandelen.” Ik stapte uit de wagen en Julie volgde mijn voorbeeld.

“Is het echt normaal dat ik haar zo mis?” vroeg ze toen we naar het strand wandelden. Ik begon te glimlachen.

“Ja. Het klinkt inderdaad niet normaal.”

“Wat is imprinten?”

“Dat zullen Jake en Lesley zo meteen uitleggen.” Ik kon het haar uitleggen als ik wilde, maar ik dacht dat Lesley het misschien zelf wilde doen. Julie staarde voor zich uit en ik zag een dromerige blik in haar ogen. Zo wandelden we over het strand en we zeiden niets.

“Voel je je niet schuldig tegenover Bart?” vroeg ze na een lange stilte. Ik wist dat ze deze vraag ooit ging stellen, maar niet zo snel.

“Natuurlijk,” antwoordde ik uiteindelijk. “Nu nog voel ik me af en toe schuldig.” Dit was de totale waarheid en Jacob wist dat ik af en toe alleen moest zijn met mijn emoties. “Ik heb Bart doodgraag gezien, maar blijkbaar was hij niet mijn ware liefde.”

“Als Bart nog zou leven, zou je dan voor Jacob gaan?” Hier wist ik geen duidelijk antwoord op. De aantrekkingskracht tussen mij en Jacob was sterk, héél sterk, maar was het genoeg om voor hem te kiezen? En als Bart nog leefde, had ik Jacob wel ontmoet?

“Als Bart nog zou leven, zou ik Jacob dan ontmoet hebben?” vroeg ik Julie.

“Het zou toch kunnen. Je bezocht jaarlijks de familie van je moeder.” Julie had gelijk. Ik voelde me thuis in Forks en ik kwam in de zomer altijd op bezoek. Lindsay, mijn tante, was altijd blij om mij te zien. Ik herinner mij nog altijd heel goed toen ik Bart voor de eerste keer meenam.

*FLASHBACK*
Bart en ik zaten in een taxi op weg naar mijn familie. Normaal gezien kwam mijn oom mij halen, maar dit keer wilde ik hen verrassen. Ik keek naast me en Bart zat zenuwachtig naar buiten te kijken.

“Schat, je hoeft echt niet zenuwachtig te zijn,” zei ik kalmerend. “Mijn familie zal je heus niet doden.” Hij glimlachte naar mij en keek dan terug naar buiten.

“Ik weet het, maar na je ouders weet ik het niet meer zo goed.”

“Mijn ouders geven enkel om hun geld. Oom John en tante Lin zijn twee mensen die om mij geven.” Het was de waarheid. Ik was hun nichtje, maar als ik hier kwam logeren dan beschouwden ze me als hun dochter.

“Ben je zeker?” vroeg hij.

“Ik ben HEEL zeker. Ze gaan wel verrast zijn en waarschijnlijk mag je niet op mijn kamer slapen, maar dat is toch niet erg?” Hij keek mij geschokt aan en ik begon te lachen. De taxi stopte en ik keek naar buiten. We waren net aangekomen bij mijn familie.

“Zijn we er al?” Als het mogelijk was, dan klonk Bart nog nerveuzer.

“Ja, ben je er klaar voor?” Hij knikte zenuwachtig voor hij de taxichauffeur betaalde. Ik stapte uit en Bart volgde mijn voorbeeld.

“Je bent zeker dat het in orde is?”

“Natuurlijk. Lindsay is de soepelste van heel de familie. Als het van haar afhing, dan woonde ik hier al jaren.” Ik wandelde naar de voordeur en klopte zachtjes. Ik hoorde iemand wandelen en dan ging de deur open. Voor mij stond mijn favoriete tante.

“Audrey, je bent er al,” zei ze terwijl ze me in een omhelzing nam. “En wie is die knappe jongen achter je?” Er verscheen een glimlach op mijn gezicht als ik naar Bart keek.

“Tante, dit is mijn vriend, Bart. Bart, dit is mijn tante Lindsay.” Bart zette een stap naar voor en reikte mijn tante de hand.

“Aangename kennismaking, mevrouw,” begroette hij haar in zijn beste Engels.

“Zeg maar Lindsay.” Ze draaide zich naar mij toe. “Sinds wanneer heb jij een vriend?”

“Euhm, bijna 1 jaar,” antwoordde ik verlegen.

“Kom binnen.” Ze zette een stap opzij en ik wandelde langs haar naar binnen. In de woonkamer zat de rest van de familie.

“Bart, dit is mijn oom John, mijn neef Michael en als laatste mijn nicht, Jessica. John, Mike en Jess, dit is Bart, mijn vriend.” De hele familie keek van mij naar Bart.

“Audrey, schat, is hij niet wat oud?” vroeg mijn oom. “Niet dat ik daar iets op tegen heb, maar hij ziet er oud uit.” Michael en Jessica begonnen dan te lachen.

“Zo oud is hij ook weer niet.” Ik voelde mijn wangen rood worden en schaamde mij voor mijn oom. Ik wist dat hij dit niet meende, maar moest hij dit nu net doen als Bart erbij was. “Hij is 19 jaar.”

“Hm, dat is inderdaad niet oud.” Hij begon met een vinger op zijn kin te tikken, alsof hij diep aan het nadenken was. “Oké, het kan ermee door.”

“John, ben je je nichtje weer aan het plagen?!” riep Lindsay vanuit de keuken.

“Welkom in de familie, jongeheer.” John negeerde de opmerking van Lindsay. “Ga maar zitten en vertel maar wat over jezelf.” Zo begon mijn zoveelste vakantie in Forks.
*FLASHBACK*

Ondertussen waren we bij een omgevallen boomstronk aangekomen en zette ik me neer.

“Ze blijven wel lang weg, vind je niet?” Ik moest echt moeite doen om mijn lach in te houden, want Julie klonk echt ongeduldig. Op het moment dat ik iets wou antwoorden, kwam Lesley uit de bossen gelopen.

“Sorry voor het wachten, maar er is een nieuwe weerwolf.” Ze stopte voor Julie en glimlachte naar haar.

“W-Weerwolf,” stamelde Julie. Lesley en ik moesten onze lach inhouden toen we de verbaasde blik op haar gezicht zagen. “H-Hebben j-jullie n-nu n-net w-weerw-wolven g-gez-zegd?” Dat gaf de doorslag en ik begon heel hard te lachen. Lesley volgde al snel en Julie bleef verbaasd kijken.

“Audrey, ik denk dat we haar beter alles kunnen uitleggen,” zei Lesley toen we uitgelachen waren. Toen viel het me op dat Jacob er nog niet was.

“Komt Jake niet?” vroeg ik en zelfs ik kon de teleurstelling horen.

“Als alfa moest hij daar blijven. Het kan zijn dat er twee nieuwe wolven tegelijkertijd gaan transformeren,” legde Lesley uit terwijl ze op de omgevallen boomstam ging zitten. “Jacob heeft mij laten komen en heeft mijn broer opgedragen zo snel mogelijk te komen.” Ik begreep dat als alfa, Jacob overal aanwezig moest zijn, maar dat wilde niet zeggen dat ik hem niet miste.

“Oké, hoe moet ik beginnen?” mompelde Lesley.

“Wat dacht je ervan om te beginnen bij het begin,” antwoordde Julie ongeduldig. Ik zette me in het zand met mijn rug tegen de boomstam en luisterde voor de tweede maal naar het verhaal over de Quileute-wolven.

XXX

De hele namiddag hadden Lesley en Nick, die wat later was aangekomen, alles uitgelegd aan Julie, die de nodige vragen stelde. Daarna begon de ruzie tussen Nick en Lesley. Nick kon niet begrijpen waarom zijn zus nooit de waarheid had verteld over haar geaardheid. Die ruzie heeft ook nog wat tijd ingenomen, maar uiteindelijk konden Julie en ik naar huis rijden. Net op het moment dat Julie mijn wagen parkeerde, ging mijn telefoon. Ik nam op zonder naar het schermpje te kijken.

“Hallo.”

“Hallo, Audrey. Alice hier. Ik vroeg me af of jij en Julie bij ons zouden willen komen slapen?” Alice klonk erg vrolijk aan de andere kant van de lijn.

“Alice, weet je het antwoord nog niet?” lachte ik.

“Eerlijk,” twijfelde ze, “dat van jou weet ik, maar dat van Julie is niet duidelijk.”

“Momentje,” zei ik tegen Alice en draaide me dan naar Julie toe. “Alice vraagt of we bij de Cullens gaan logeren. Is dat in orde voor je?” Ik zag Julie twijfelen, want ze vertrouwde het niet meer sinds ze wist dat het vampieren waren. “Ze doen je niets.”

“Ik weet het wel, maar ongelukken gebeuren snel.”

“Komaan, het gaat heel tof worden. Dat kan ik je nu al zeggen.” Ik denk dat de laatste zin haar overtuigde, want ze begon te glimlachen.

“Oké, het is in orde.”

“Jippie!!!” Julie en ik begonnen te lachen toen we dat hoorden. Toen ik uitgelachen was, besloot ik de tijd af te spreken met Alice.

“Alice, wanneer wil je dat we naar je toe komen?”

“Kom over 2 uur naar ons. Zo kan je nog eten,” antwoordde ze.

“Oké, tot later,” zei ik voor ik ophing. Julie stapte uit de wagen en wandelde het huis in. Ik besloot haar te volgen en werd meteen begroet door Jacob.

“J-Jacob?” vroeg ik geschokt. “Wat doe jij hier?” Hij keek mij schuldig aan en draaide zich dan om naar Julie’s ouders, die mij blij aankeken.

“Audrey, waarom heb jij mij niet eerder verteld dat deze jongeman je vriend is?” Dit was de druppel. Ik kon Jacob niet geloven. Wie dacht hij dat hij was?

“WAAROM?!” riep ik. “Je had me beloofd dat we het op mijn tempo gingen doen en dan doe je dit!” Jacob begon nog schuldiger te kijken dan daarvoor, maar het hield mij niet tegen.

“So-“

“Durf nu niet sorry te zeggen. Buiten,” onderbrak ik hem. “Ik wil je nooit meer zien.” Julie kon niet geloven wat ik had gezegd en haar ouders keken verbaasd. Jacob probeerde mij nog van gedachten te doen veranderen, maar ik liep langs hem naar mijn kamer. Ik kon dit niet geloven, waarom heeft hij mij voor een voldongen feit gezet. Er werd op mijn deur geklopt, maar ik negeerde het. De deur ging open en ik hoorde iemand binnenwandelen.

“Gaat het?” Julie klonk voorzichtig, waarschijnlijk omdat ze schrik had dat ik tegen haar ook zo zou schreeuwen.

“Ja, maar het doet pijn,” antwoordde ik. Ik voelde het bed bewegen en dan een hand over mijn haar glijden.

“Hij bedoelde het niet zo.”

“Ik wist dat Jacob ongeduldig was en wilde dat je ouders het wisten, maar moest hij het op deze manier doen?”

“Waarom heb je hen nog niets verteld?”

“Ik had schrik voor hun reactie,” antwoordde ik. Het viel stil, buiten onze ademhaling.

“Weet je waar ik het meest van geschrokken van was?” vroeg Julie uiteindelijk. Ik zette mij rechtop en schudde mijn hoofd. “Dat je zei dat je hem nooit meer wilde zien.”

“Misschien was dat overdreven. Het doet nu al zeer.”

“Waarom heb je het dan gezegd?”

“Ik was kwaad en ik wilde alleen zijn. Misschien dat hij beseft dat hij fout is geweest.” Ze knikte begrijpend en stond dan recht en wandelde naar de deur.

“Kom, we gaan eten en daarna naar de Cullens.” Ik stond op en volgde haar naar de eetkamer. Het zou nog een heel lange nacht worden.

BartPOV


Bart Laurens Vercauteren was mijn officiële naam voordat ik getransformeerd was in een vampier. Laurens was mijn tweede nam en ik begon mij af te vragen of Tanya dit wist.

“Waar zit je aan te denken?” vroeg Jane terwijl ze rechtstond. Het vliegtuig was net geland in Seattle en we konden nu rustig uitstappen.

“De dag dat ik wakker werd en niet meer wist wie ik was.”

“Waarom?”

“Tanya was degene die de naam Laurens voorstelde. Ik vraag me af of ze wist dat het mijn tweede naam was.” Jane keek om zich heen en keek dan naar mij.

“Laten we daar nu niet aan denken. We zijn bijna in Forks, laten we naar je familie gaan.” Ze nam mijn hand vast en leidde me de luchthaven uit. Ik had het gevoel dat Jane me iets verzweeg. Ik volgde haar op de voet toen ze naar de parking ging. Daar stalen we een snelle wagen.

Een half uur geleden hadden we de luchthaven verlaten en we zijn nu op weg naar Forks. De hele rit was Jane stil.

“Jane, wat scheelt er?” vroeg ik uiteindelijk. Ze keek me aan en in haar blik zag ik angst, maar ze antwoordde niet. “Jane, er scheelt iets. Ik zie het in je ogen.” Ze begon nog meer gas te geven en keek in de achteruitkijkspiegel. Ik volgde haar blik en zag dat er een wagen vlak achter ons reed. Dit was enkel mogelijk als er een vampier achter het stuur zat.

“We worden achtervolgt sinds we op de luchthaven van Seattle zijn aangekomen.”

“En dat vertel je me nu pas? Weet je wie het is?” Ik begon te panikeren. Kunnen vampieren een paniekaanval krijgen?

“Ik weet niet wie het is. Ik kan hem niet zien en zijn geur is niet duidelijk.” ‘Waarheid’ hoorde ik het stemmetje in mijn hoofd zeggen.

“En wat gaan we nu doen?”

“Ik weet het niet, maar ik heb er een slecht gevoel bij,” legde ze uit. “Ik had al een slecht gevoel in Volterra.” ‘Waarheid’

“Waarom?” vroeg ik. Ik geloofde Jane, maar ik wilde weten wat er aan de hand was.

“Aro laat nooit iemand zomaar gaan en zeker niet zijn sterkste wacht. Ik en Alec worden door andere vampiers de heksentweeling genoemd omwille van onze gaven,” legde ze uit. “Mij laten gaan is een doodswens hebben. Ik heb er in Volterra niets van gezegd, omdat ik wil zien waar dit naartoe leidt.”

“Je kan je toch niet tegen je familie keren.”

“Bart, de Volturi is een coven van vampieren. Elke vampier geeft om zichzelf en niet om een ander. Het kan gebeuren dat je iemand vind en dat je daar om gaat geven, maar dat is dan ook alles.” Ze keek me recht in de ogen. “Wij zijn niet zoals de Cullens. Marcus kon hun relaties zien en vertelde ons dat hun banden heel sterk waren. Ze zien elkaar als een familie. Aro probeert al langer de familie uit elkaar te halen.”

“Je denkt dat Aro iemand heeft gestuurd?”

“Ik denk dat, maar ik hoop van niet.” ‘Waarheid’

“We kunnen niet naar Forks.” Ik begon weer te panikeren en Jane merkte dit.

“Kalmeer even. Jij kunt wel naar Forks, maar ik niet. Ik heb een plan, maar we kunnen het niet mondeling uitleggen.” Ik zocht naar iets om te schrijven en vond het gauw. Ik gaf het aan Jane en die begon te schrijven terwijl ze aan het rijden was. Al goed dat wij goed kunnen multitasken, want anders reden we nu tegen een boom. Plots werd het papier in mijn handen geduwd.

‘Jij kan gewoon naar Forks gaan. Ik blijf in Port Angeles en kom enkele dagen later. Je kan je familie misschien voorbereiden op mijn komst.’

Ik keek haar aan en ze smeekte dit met haar ogen.

‘Oké, maar wanneer kom jij dan?’

Ik gaf haar het briefje terug en ze las het.

‘Dat zal je wel zien. Ik bel je wel op voorhand, maar ik denk dat het beter is dat we tijdelijk niet samen gezien worden.’

Ik las het briefje rustig en besefte dat ze gelijk had. Ik moest trouwens eerst met Tanya praten voor ik met Jane naar huis kwam.

‘Je hebt gelijk. Ik moet trouwens met Tanya praten.’

Jane las het snel en schreef snel iets op.

‘Ik rijd naar een motel in Port Angeles. Jij rijdt vandaar verder naar Forks.’

XXX

Na een uurtje was ik eindelijk vertrokken richting Forks. Jane had een motel gevonden op de weg en verbleef er nu. Ik bleef nog een tijd in haar kamer en besloot dan om te vertrekken. De rit ging snel en een half uurtje later reed ik de oprit van de Cullens op. Alice had me blijkbaar zien aankomen, want de hele familie stond op mij te wachten. Ik parkeerde de wagen en stapte dan uit. Ik keek mijn familie aan en begon dan te denken aan de conversatie met Jane. Ik zou er alles aan doen om hen te beschermen. Edward keek me aan en trok zijn wenkbrauwen op. Hij had mijn gedachten gelezen en vroeg zich af waarom ik zoveel schrik had.

“Hallo iedereen,” begroette ik hen. Niemand antwoordde iets en staarde mij simpelweg aan. Ik had nu geen vrolijke begroeting verwacht, maar dit was wel heel stil. Ik bleef gewoon naar hen staren en liet mijn blik over hen glijden. Niemand wilde de eerste zijn om mij welkom te heten. Ze keken vol afschuw in mijn ogen. Misschien moet ik met haar praten over ons dieet. Ik mag hier toch niet op mensen jagen. Edward keek me vragend aan, maar ik negeerde hem.

“Welkom terug, Laurens,” zei Eleazar uiteindelijk. “Je bent welkom op één voorwaarde.” Ik hoefde niet vragen wat die voorwaarde was, want die hadden ze me al verteld.

“Ik zal me weer aan jullie dieet houden. Het spijt me voor mijn rebelse gedrag.” Iedereen begon uiteindelijk te glimlachen en heette me welkom.

“Kom, we gaan jagen,” zeiden Kate en Garrett tegelijkertijd. Het gedrag van hen was nog steeds verdacht, maar ik trok er mij niets van aan. Kate en Garrett namen elk een hand en trokken mij vooruit, de bossen in. Uiteindelijk begon ik te rennen en vond ik een poema. Ik sprong er recht op en brak zijn nek. Daarna ging ik naar zijn nek en zoog hem leeg. Het was niet zoals het drinken van mensenbloed, maar het moest er maar mee doorgaan.

“Waar was je?” vroeg Kate na de jacht. Ik was net klaar met mijn derde hert. Ik keek haar aan en zag pijn in haar ogen. Ik liep op haar af en nam haar op in een knuffel.

“Ik moest even alleen zijn,” vertelde ik haar. “Het werd mij allemaal teveel.”

“Moest je daarvoor naar de Volturi?” Garrett klonk kwaad en ik kon hem het niet kwalijk nemen.

“Sorry, dat ik jullie allemaal in gevaar heb gebracht. Het was niet mijn bedoeling. Aro heeft mijn excuses aanvaard en hij zal niets ondernemen.”

“Aro zegt dat hij niets zal ondernemen, maar je kent hem niet,” zei Kate. “Hij meent niets van wat hij zegt. Hij is waarschijnlijk al iets aan het plannen. Ik verstond hun schrik wel, want volgens Jane was dat ook het geval.

“Toch heb ik het gevoel dat hij de waarheid spreekt. Ik weet niet waarom, maar het is gewoon zo.”

“Oké, als jij er zo over denkt, maar toch vertrouw ik Aro niet. Je hebt veel problemen veroorzaakt.”

“Nogmaals sorry, maar dankzij Aro weet ik nu meer over mijn verleden.” Ze keken mij verbaasd aan.

“Wat?!” vroegen ze tegelijkertijd. Ik begon hen alles te vertellen van het moment in Seattle tot mijn vertrek uit Volterra. Hun blikken werden steeds verbaasder.

“Jij en Jane?” vroeg Kate.

“Ja, maar wat ik niet begrijp is waarom ik me in het begin zo aangetrokken voelde tot Tanya?” Ik moest ook nog met Tanya praten daarover. Het zou geen vrolijk gesprek worden.

“Hoe bedoel je?” vroeg Garrett.

“Wel, mijn aantrekkingskracht voor Jane is duizend keer sterker dan die voor Tanya, maar hoe komt het dat ik mij aangetrokken voelde tot Tanya?”

“Misschien kan Eleazar daarop antwoorden.” Kate stond op en wandelde richting het huis van de Cullens. Garrett volgde haar voorbeeld en keek me aan.

“Ga je niet mee?” Ik schudde mijn hoofd en bleef zitten. Ik wilde nog even alleen zijn.

“Ik zie je straks wel. Ik wil nog even nadenken.”

“Deze keer niet gaan lopen, man. Iedereen heeft je gemist.” Ik glimlachte naar hem.

“Ik blijf deze keer.” Hij begon te rennen en voor ik met mijn ogen kon knipperen was hij al verdwenen. Ik vroeg me af wat er me allemaal nog te wachten staat.

???POV

In Seattle zag ik mijn doel. Ze waren net hun vliegtuig uitgestapt en gingen op weg naar de parking.

“Waar zit je aan te denken?” vroeg het meisje.

“De dag dat ik wakker werd en niet meer wist wie ik was,” antwoordde de jongen.

“Waarom?”

“Tanya was degene die de naam Laurens voorstelde. Ik vraag me af of ze wist dat het mijn tweede naam was.” Het meisje keek om zich heen en dan terug naar de jongen. Ik wandelde naar buiten en stal zo snel mogelijk een wagen, want ze mochten mij zeker niet ontdekken.

Enkele minuten later was het koppel een wagen aan het stelen. Ik zat in de mijne te wachten tot ze vertrokken. Het duurde nog dertig minuten voor ze vertrokken en ik volgde hen zonder problemen.

“Jane, wat scheelt er?” vroeg de jongen na een lange stilte. Met mijn scherpere zintuigen zag ik alles gebeuren in de wagen voor mij. Ze was naar hem aan het kijken en dan weer recht vooruit. “Jane, er scheelt iets. Ik zie het in je ogen.” Jane moest op het gaspedaal geduwd hebben, want de wagen reed plots een stuk sneller. Ik volgde haar voorbeeld en ik bleef haar op de voet. Dan zag ik haar blik naar de achteruitkijkspiegel gaan en ik besefte dat ze wist dat ze achtervolgd werd. Ook de jongen volgde haar blik en zag dat ik achter hen reed.

“We worden achtervolgt sinds we op de luchthaven van Seattle zijn aangekomen,” antwoordde Jane.

“En dat vertel je me nu pas? Weet je wie het is?” Dit betekende dus dat ik voorzichtig moest zijn, maar ik mocht ze niet uit het oog verliezen.

“Ik weet niet wie het is. Ik kan hem niet zien en zijn geur is niet duidelijk.” Al goed dat ze me nu niet kon zien met mijn kap over mijn hoofd. Ze mag niet weten wie ik ben, want anders loopt alles fout.

“En wat gaan we nu doen?”

“Ik weet het niet, maar ik heb er een slecht gevoel bij. Ik had al een slecht gevoel in Volterra.”

“Waarom?”

“Aro laat nooit iemand zomaar gaan en zeker niet zijn sterkste wacht. Ik en Alec worden door andere vampiers de heksentweeling genoemd omwille van onze gaven,” vertelde ze. “Mij laten gaan is een doodswens hebben. Ik heb er in Volterra niets van gezegd, omdat ik wil zien waar dit naartoe leidt.”

“Je kan je toch niet tegen je familie keren.”

“Bart, de Volturi is een coven van vampieren. Elke vampier geeft om zichzelf en niet om een ander. Het kan gebeuren dat je iemand vind en dat je daar om gaat geven, maar dat is dan ook alles. Wij zijn niet zoals de Cullens. Marcus kon hun relaties zien en vertelde ons dat hun banden heel sterk waren. Ze zien elkaar als een familie. Aro probeert al langer de familie uit elkaar te halen.” Dit verhaal werd heel interessant.

“Je denkt dat Aro iemand heeft gestuurd?” vroeg Bart geschokt.

“Ik denk dat, maar ik hoop van niet.”

“We kunnen niet naar Forks.” Dit was niet goed, helemaal niet goed. Ik begon te remmen en besloot om mijn plan aan te passen. Jane en Bart hadden niet door dat ik hen niet meer volgde. Ik was nog steeds in Seattle en besloot om een kamer te huren.

JamiePOV

Vandaag was voor mij een hel. Na twee jaar word ik ineens gedumpt door mijn vriendin. Haar reden: ‘Ze voelt niet meer hetzelfde als in het begin van onze relatie.’ Vertaling: ‘Ik heb iemand anders.’ Ze ontkende natuurlijk alles, maar na school zag ik haar met hem. En nu komt het ergste: het was mijn beste maat, Geoffrey Ateara. Van je vrienden moet je het hebben. Ik wandelde naar huis en probeerde de beelden uit mijn hoofd te wissen. Ik zag Allison, de zus van Geoffrey wandelen.

“Allison!” riep ik. Ze keek op en glimlachte naar mij.

“Jamie, alles goed?” Ik hield halt, zodat ze naar mij toe kon komen.

“Niet echt.”

“Maybritt?” vroeg ze bezorgd. Ik hield halt en keek haar aan.

“Wat weet jij?” Ze keek me schuldig aan.

“Enkel wat ik gezien heb.”

“Ze heeft het uitgemaakt. ‘Haar gevoelens zijn niet meer wat ze waren.’ Dat is verdomme een leugen.” Ik begon weer kwaad te worden.

“Kalmeer even. Vertel me eens,” zei ze. “Waarom geloof je haar niet?” Ze ging zitten en ik zag dat we ondertussen bij mij thuis waren. Ik volgde haar voorbeeld en zette me neer.

“We hebben al twee jaar een relatie en nu pas beseft ze dat ze niet meer hetzelfde voelt.”

“Dat is toch mogelijk.”

“Ik weet het, maar de laatste weken gedroeg Maybritt zich vreemd. Ik zag haar minder en ze vertelde me niet meer alles.”

“Heb je haar er naar gevraagd?”

“Ze heeft het uitgemaakt net voor de lessen startten en ik had geen tijd meer. Ik wilde na schooltijd gaan praten met haar, maar dat hoefde niet meer.” Allison keek me aan, maar zei niets. “Ik heb haar gezien met je broer Geoffrey en ze was hem aan het zoenen.” Allison hapte naar adem en keek me schuldig aan. “Jij wist het al, hé. Dat je broer met Maybritt ging.” Allison knikte.

“Sorry, Jamie. Ik heb hem gewaarschuwd. Maybritt moet het uitgemaakt hebben omdat ik ze gisteren bedreigd heb. Ik dacht alleen niet dat ze zo snel openbaar zouden gaan.” Ze voelde zich duidelijk schuldig.

“Hoe lang?”

“Wat?”

“Hoe lang weet je het al?”

“Enkele weken. Het spijt me echt. Ik wilde je het wel vertellen, maar het was mijn taak niet.” Ze zweeg en ik zei niets terug. Ik moest nadenken. “Ik had hem verwittigd dat dit niet goed zou aflopen.”

“Weet je, ik had nooit gedacht dat je broer een mes in mijn rug kon steken. Dat hij dit zou doen.” Ik keek recht vooruit en zag hem in de verte wandelen. Geoffrey en zijn zus waren al jaren mijn buren. We zijn samen opgegroeid en onze ouders waren goede vrienden. “We waren beste vrienden.” Ze nam mijn hand vast en keek me bezorgd aan.

“Jamie, heb je koorts? Voel je je wel goed?”

“Buiten dat ik razend ben, voel ik mij perfect.” Net op dat moment kwamen mijn broer en Geoffrey aan.

“Maat, alles goed?” Geoffrey deed alsof er niets aan de hand was. Ik sprong razend op en keek hem aan.

“Dat is echt het toppunt!” riep ik. “Doen alsof alles in orde is.”

“Man, wat scheelt er?” Mijn broer probeerde in te grijpen, maar ik negeerde hem.

“Hoe was het om haar te kussen? Zalig zeker. Kan ik geloven.”

“Waar heb je het over?” En dit maakte Allison kwaad.

“Hou je nu niet van de domme, Geoffrey. Jamie heeft je gezien. Het beste moet nog komen. Maybritt heeft het nog maar net uitgemaakt.” Geoffrey verloor al zijn kleur op zijn gezicht en probeerde zich te verontschuldigen. Mijn broer, die familie voor vrienden zet, balde zijn hand tot een vuist en sloeg Geoffrey in het gezicht. Zijn neus leek gebroken en bloedde vrij fel.

“Ga weg, Geoffrey! Ik denk dat het het best is dat je jouw gezicht niet meer toont.” Geoffrey liep snel weg en ik probeerde weer te kalmeren.

XXX

De namiddag bracht ik door met mijn broer en Allison. Allebei probeerden ze me een beetje te steunen, maar ik voelde mij bedrogen door mijn vriend en vriendin. Uiteindelijk gingen de twee naar First Beach en bleef ik thuis achter. Ik sloot mijn ogen en dacht aan de afgelopen dagen. Waarom kon Maybritt niet eerlijk zijn? We hadden het toch altijd goed samen? Heb ik misschien iets verkeerd gedaan? Ik werd uit mijn gedachten verbroken door iemand die op de deur klopte. Ik zuchtte voor ik opstond en ging de deur openen. Voor de deur stond iemand die ik totaal niet verwachtte.

“Wat doe jij hier?!”

“Ik kwam met je praten?”

“Om mij nog meer leugens te vertellen…” Ik wilde de deur dichtslaan, maar Maybritt hield mij tegen.

“Het spijt me, oké. Ik had je de waarheid moeten zeggen.”

“Het spijt je?! Nu gaan we het krijgen.” Ik keek haar kwaad aan. “Spijt het je ook dat je al weken met hem gaat, als het niet maanden was.” Ze keek me geschokt aan en begon schuldig te kijken.

“Ik had het eerder moeten zeggen, maar ik wilde je niet kwetsen.” Ik voelde mij kwader worden.

“Wel, nieuwsflash: Je hebt me wel gekwetst. Verdwijn uit mijn ogen! Ik wil je nooit meer zien.” Ik negeerde de tranen die over Maybritts wangen liepen. Ik gooide de deur dicht en leunde er tegenaan. Ik hoorde haar wegwandelen en besloot naar de achtertuin te lopen. Vanuit daar zag ik het huis van Geoffrey. Maybritt wandelde naar Geoffrey die buiten voor zijn deur zat. Hij stond op en nam haar op in zijn armen. Dan begonnen ze elkaar te kussen. Dit was de druppel en ik voelde heel mijn lichaam trillen. Ik wist niet wat er gebeurde, maar plotseling ging er een pijnscheut door heel mijn lichaam.

Oké, het is enkel Jamie, hoorde ik iemand zeggen.

Hallo Jamie, alles is in orde? vroeg er iemand. Ik wist duidelijk dat ik alleen was en de stemmen herkende ik ook niet.

Jamie, kan je naar dit plein gaan? Ik zag een plein en wilde naar buiten wandelen. Ik keek naar de grond en zag gigantische poten staan. Wat is er verdomme aan de hand?

Dat zullen we je zo uitleggen. Kom nu eerst naar het veld. Mijn huis lag dicht bij het bos en zo kon ik snel naar het veld rennen. Eens daar aangekomen zag ik zeven gigantische wolven in een halve cirkel staan. Wow, die zijn groot.

Welkom Jamie.

Wat is er aan de hand? vroeg ik, ook al had ik geen idee aan wie.

Mijn naam is Jacob Black en ik ben alfa van deze roedel. Er stapte een wolf uit de halve cirkel. Ik wil dat je kalmeert. Het praat makkelijker als we in onze mensenvorm zijn. De roestbruine wolf stapte op mij af. Denk aan kalme dingen. Aan dingen die je vrolijk maken. Ik deed wat me gevraagd werd, maar het was niet eenvoudig. De ruzie met mijn ex en mijn ex-beste vriend zaten in mijn hoofd.

Jamie, ik ben Seth. Ik keek op en zag een zandbruine wolf uit de cirkel stappen. Echt niet aan zulke dingen denken. Het helpt niet. Ik concentreerde op vrolijke dingen. Uiteindelijk lukte het me en voelde ik een rilling door mijn lichaam stromen. Er verdween een wolf uit de cirkel en die kwam enkele minuten later terug, maar hij had nu iets in zijn bek. Terwijl dit gebeurde waren er nog twee andere wolven verdwenen. Jacob, de roestbruine wolf, verdween in de bossen. Ik bleef wachten tot de wolf terugkeerde, maar in plaats daarvan stond er een lange jongen voor mijn neus.

“Dit zijn je kleren,” zei hij terwijl hij wees op de items in de bek van de blauwgrijze wolf. “Trek dit gauw aan.” Ik deed niet wat hij mij zei, maar keek hem vragend aan.

“Ik ben Jacob Black en jij bent nu lid van de Quileute-roedel.” Quileute-roedel? Bestaan die dan toch. Ik herinner mij de verhalen die werden verteld, maar dacht dat ze niet bestonden. Ik kleedde me snel aan en keek dan rondom mij. Een meisje kwam uit de bossen gewandeld en zette zich op de grond vlak naast mij. Daarna verdwenen de andere wolven in het bos en enkele tellen later verschenen vier jongens uit de bossen.

“Dit is Leah,” vertelde Jacob terwijl hij het meisje aanwees. Zijn er meisjes in de legende? Misschien zijn er wel meer wolvenmeisjes. “Embry, Seth, Colin en Brady.” Hij wees elke jongen één voor één aan. “Er zijn nog twee wolven, maar die zijn nu met een andere opdracht bezig.” Jacob zette zich voor mij en de anderen volgden zijn voorbeeld.

“De legendes zijn dan waar?” vroeg ik geschokt.

“Elk woord klopt,” antwoordde Leah. “Met wat aanpassingen.” Ja, dat is duidelijk, want anders zat zij hier niet.

“Je bent een weerwolf en je beschermt je volk van ‘De Kouden’,” begon Jacob te vertellen. Hij vertelde alle legendes en paste aan waar nodig. Ik kon het nog steeds niet geloven dat er al die jaren wolven op ons reservaat woonden.

“Jij gaat samen met Seth patrouilleren. Zo leer je alles.”

“Jacob, moeten we trouwens de Cullens niet verwittigen dat er weer een wolf is bijgekomen?” vroeg Seth.

“Dat regelen we morgen wel,” antwoordde Jacob. “Ik moet nog iets regelen.” Jacob stond op en wandelde weg.

“Kom, je mag in de bossen verdwijnen. Je kledij uit doen en je heel erg kwaad maken,” lachte Seth. Ik keek hem vragend aan. “Dat is makkelijker om te transformeren. En als je jouw kledij niet uitdoet dan heb je tegen het einde van de maand niets meer in je kast hangen.” Ik wandelde naar de bosjes en deed mijn kleding uit en dacht aan alles wat er vandaag gebeurde. De pijnlijke rilling ging weer door heel mijn lichaam en toen ik naar beneden keek zag ik roetzwarte poten.

Klaar voor je eerste patrouille? vroeg Seth. Ik wandelde naar hem toe en zo begon mijn eerste avond als weerwolf.

Hoofdstuk 10 - Visioenen

AlicePOV

Sinds ik terug was uit Seattle hield ik Tanya meer en meer in het oog. Er moest toch een reden zijn waarom Laurens Tanya niet meer vertrouwde, maar het enige wat me opviel was dat ze zich steeds meer afzonderde. Edward keek me soms vragend aan omdat mijn gedachten soms aan de rare kant waren. Hij was de enige die wist waarom ik in Seattle was, maar hield zijn mond tegen de anderen.

“Alice, we moeten naar school,” hoorde ik Rosalie roepen.

“Ik kom,” zei ik op een normale toon. Ik wandelde naar beneden en zag de rest van de familie staan.

“Audrey mag terug naar school,” zei Carlisle. “Zorg ervoor dat ze geen gevaarlijke dingen doet.” Iedereen knikte en wandelde naar de wagens. Jasper, Edward en ik reden met Bella naar school, terwijl Emmett met Rosalie in haar BMW mee reed.

“Ik ben benieuwd hoe het met Audrey is,” zei Bella toen we bijna bij de school waren.

“Gelukkiger,” antwoordde ik.

“Jake heeft haar echt gelukkig gemaakt en daar ben ik heel blij om.”

“Kom schat, ik hoor haar gedachten. Ze is er bijna.” Bella stapte uit net op hetzelfde moment als Edward.

“Jazzy,” fluisterde ik. “Ik heb een slecht gevoel over Laurens.”

“Maak je geen zorgen, lieverd.” Hij nam me stevig vast. “Alles komt in orde.” Hij stapte daarna ook uit en ik volgde zijn voorbeeld. Net op dat moment parkeerde Julie Audrey’s Porsche.

“Wow, laat Audrey iemand anders haar wagen rijden?” vroeg Emmett.

“Ze mag zelf niet rijden,” antwoordde Edward.

“Die emoties zijn heftig.” Iedereen keek naar Jasper. “De emoties die van die twee komen zijn spijt, liefde, pijn en geluk.” Iedereen keek terug naar wat er zich in de wagen afspeelde. Zowel Julie als Audrey waren aan het huilen, maar toch was er op beide gezichten een glimlach te bespeuren.

“Kom, we moeten naar de les.” Audrey en Julie stapten samen uit de wagen en hun ogen zagen rood en hun wangen waren nog nat van de tranen. We wandelden naar hen toe.

“Wat is er gebeurd? Waarom zien jullie eruit alsof er iemand dood is?” vroeg Rose overbezorgd. Had je me een eeuw geleden gezegd dat ze zou bekommerd zou zijn over een mens, dan had ik je uitgelachen. Edward keek me aan met een kleine glimlach. Ook hij had dit niet verwacht van Rose.

“Het is niets, Rose,” antwoordde Audrey.

“We moesten dringend met elkaar praten,” ging Julie verder. “Het was gewoon een heel emotioneel gesprek.” Julie glimlachte naar Audrey, waarop die ook begon te glimlachen. Audrey haar blik gleed over onze schouders en ik rook meteen waarom.

“Kennen die honden geen deodorant?” mompelde ik. De hele familie begon te lachen.

“Ach, hij maakt Audrey gelukkig,” antwoordde Edward. Iedereen keek hem verbaasd aan. Dit zou hij een eeuw geleden NOOIT gezegd hebben. “Wat? Het is toch waar.” Bella begon als eerste te lachen en daarna volgde de rest. Mijn familie keek naar het tafereel dat zich voor ons afspeelde.

“Jake!” Audrey sprong recht in zijn open armen en Jacob begon haar rond te draaien. Voor het eerst sinds we haar ontmoet hadden, zagen we Audrey écht glimlachen. “Ik heb je gemist.”

“We hebben gisteren nog met elkaar gebeld.” Hij pauzeerde even. “Heb je het al aan je schoonouders verteld?” Audrey schudde langzaam haar hoofd. Ik wilde het gesprek verder volgen, maar werd weggetrokken in een visioen.

*VISIOEN*
Laurens wandelde een grote ruimte binnen.

“En wie hebben we hier?” vroeg Aro.

“Laurens, ik ben hier voor mijn verleden.” Laurens reikte zijn hand uit en Aro nam die gewillig vast. Op Aro zijn gezicht verscheen een frons.

“Het verleden herhaalt zich blijkbaar.” Aro draaide zich om. “Felix, maak alles gereed om naar Forks te gaan. Alec?” Alec zette een stap naar voor en plots bleef Laurens stokstijf staan. Demetri wandelde op hem af en scheurde hem in stukken en gooide hem in de open haard.
*VISIOEN*

“NEE!!!” gilde ik. Edward keek me geschokt aan. Hij was de enige die wist waarom ik in paniek was. “Dit mag niet gebeuren.” Ik begon mijn GSM te zoeken. Jasper probeerde me te kalmeren, maar ik had schrik. Schrik dat niet alleen Laurens, maar ook onze families in gevaar waren. Uiteindelijk vond ik mijn GSM en belde ik meteen naar Laurens. Ik moest hem tegenhouden.

“Hallo.”

“Laurens, ga niet.” Ik keek naar mijn familie en die was in paniek door mijn gedrag. Enkel Edward snapte waarom ik zo reageerde.

“Alice, sorry. Ik moet gaan.”

“Dat moet je niet. Als je dit doet, dan breng je heel onze familie in gevaar.”

“Alice, bemoei je niet met mijn leven. Dat heeft Tanya al genoeg gedaan. Ik moet dit zelf doen.”

“La…” Nog voor ik zijn naam had gezegd, had hij al opgehangen. Ik probeerde hem opnieuw te bellen.

“WAT!” Ik moest de telefoon van mijn oren houden.

“Laurens, dit is serieus. Als je gaat dan sterf je en wij waarschijnlijk ook.” Het was stil aan de andere kant van de lijn.

“Ik moet gaan, Alice. Ik zal er alles aan doen om jullie leven te redden, maar mijn antwoorden liggen daar.” Ik kon hem niet tegenhouden en dat wist ik maar al te goed.

“Het is duidelijk dat ik je niet tegen kan houden, maar wees alsjeblieft voorzichtig!”

“Ik zal zeker voorzichtig zijn. Maak je maar geen zorgen.” Ik hoorde de kiestoon en hing op.

“Gaat hij toch?” vroeg Edward en ik kon enkel knikken.

“Wat is er aan de hand?” vroeg Bella.

“Laurens is op weg naar Volterra.”

“Wat!?” Rose haar gezicht liet woede zien. “Audrey en Julie zijn in gevaar.”

“Kalm, schatje.” Emmett nam haar in zijn armen en probeerde haar te kalmeren.

“Hij zou proberen ons er buiten te houden,” fluisterde ik. Ik keek toen met bange ogen naar Audrey en Julie. Plots veranderde het beeld voor mij ogen.

*VISIOEN*
Laurens wandelde een grote ruimte binnen.

“En wie hebben we hier?” vroeg Aro.

“Laurens, ik ben hier voor mijn verleden.” Laurens reikte zijn hand uit en Aro nam die gewillig vast. Op Aro zijn gezicht verscheen een frons.

“Het verleden herhaalt zich blijkbaar.” Aro draaide zich om.

“Aro, mag ik je eerst zeggen dat het meisje niets van onze wereld af weet.” Aro hield halt en keek hem aan. “Het meisje is een patiënt van Dr. Cullen en zijn kinderen helpen hem daarbij. Ze heeft zelfmoord willen plegen.”

“Voor één keer is het in orde, maar je kunt voor mij een boodschap overbrengen naar Carlisle. Dat hij voorzichtiger moet zijn.”

“Zal ik zeker doen. Kan je mij nu helpen?” Aro nam nogmaals Laurens zijn hand vast.

“Wat wil je weten?”

“Mijn mensenleven.”
*VISIOEN*

“Het gaat hem nog lukken ook.” Ik haalde opgelucht adem, maar had ook de achterliggende waarschuwing in Aro’s stem gehoord. We moesten veel voorzichtiger zijn. Vroeg of laat kwam de Volturi alles te weten en dan waren we weer in gevaar, maar nu moesten we genieten van de tijd die ons nog restte.

“Denk zulke dingen niet,” gromde Edward.

“Sorry, maar ik heb het gevoel dat Aro het vroeg of laat toch gaat ontdekken.”

“Dat kan misschien zijn, maar dat is nu niet. Laten we niemand ongerust maken.”

“Edward heeft gelijk,” zei Jasper. “Audrey is eindelijk gelukkig en ook Julie heeft haar soulmate gevonden.” Ik keek naar de twee en zag ze allebei lachen. Het eerste lesuur was al lang begonnen, maar niemand dacht eraan om naar de les te gaan. Jake, Audrey en Julie wandelden op ons af.

“We gaan naar La Push. Lesley is op Julie geïmprint,” lachte Audrey. “We gaan haar alles uitleggen.” Julie trok een raar gezicht dat ze niet echt kon volgen wat er gezegd werd.

“Het komt allemaal goed, Julie,” stelde ik haar gerust. Ze glimlachte naar mij en draaide zich dan om. Ze liep meteen naar het wolvenmeisje, Lesley veronderstel ik. Jacob en Audrey zwaaiden nog naar ons voordat ze Julie volgden.

“Weeral is er iemand gelukkig,” zei Emmett en iedereen begon te lachen. We besloten om ook naar huis te gaan en wandelden dan naar onze wagens.

JanePOV

Aro had nog steeds geen beslissingen genomen en Felix, Demetri, Alec en ik zaten te wachten tot hij groen licht gaf. Ik wilde eigenlijk niet naar de VS gaan, maar als Aro groen licht gaf, had ik geen keuze meer. Aro was mijn meester en ik zou alles doen wat hij mij vroeg. Het was makkelijk om de orders van Aro op te volgen, dan hoefde ik niet aan Laurens te denken. Elk vrij moment dacht ik aan hem en het deed pijn aan mijn dode hart. Ik miste hem ontzettend veel, maar wilde het niet toegeven. Ik, Jane Volturi, had niemand nodig.

“Jane.” Ik keek om en zag Heidi staan. “Aro zoekt je.” Ik passeerde haar en liep naar het kantoor van Aro. Ik klopte op de deur en wachtte op zijn toestemming om naar binnen te gaan.

“Binnen,” riep hij. Ik opende voorzichtig de deur en zag hem achter zijn bureel zitten. “Kom verder, Jane.” Ik wandelde verder naar binnen en zette me op een stoel tegenover Aro. Het was heel lang stil en niemand zei iets. Het enige geluid dat we hoorden, was onze onnodige ademhaling.

“Jane,” begon Aro, “ik maak me zorgen om jou.” Ik keek hem geschokt aan. Aro was niet iemand die zich zorgen maakte over een ander. Hij dacht enkel aan zichzelf en aan zijn macht. “Je loopt al bijna drie weken rond alsof er iets ontbreekt in je leven. Ik heb je laten doen, maar het begint erger te worden. Ik heb schrik dat je taak bij de Volturi niet meer kunt voltooien.” Ik schrok van zijn preek. Aro stak zijn hand uit en ik wist meteen wat dat wilde zeggen. Ik legde mijn hand voorzichtig in de zijne en wachtte zijn reactie af. “Het is dus nog altijd die jongen uit Seattle. Ben je verliefd?” Ik antwoordde niet, want eerlijk gezegd wist ik zelf het antwoord niet meer.

“Ik weet het niet, Meester.”

“Jane, ik ben nu niet je baas, maar iemand waarmee je kan praten.” Dit had ik totaal niet verwacht. Aro verwachtte van zijn wacht dat hij ‘Meester’ werd genoemd. Aro opende zijn mond om verder te gaan, maar hij werd gestoord door iemand die op de deur klopte.

“Binnen!” De deur ging langzaam open.

“Meester, er is een vampier die u wenst te spreken,” zei iemand van de lagere wacht. Ik wist niet eens zijn naam.

“Laat hem weten dat ik snel kom.” De vampier knikte en sloot de deur. “Kijk, ik ben normaal niet iemand die met zoiets inzit, maar doe wat je denkt dat het beste is.” Hij stond op en wandelde langs zijn bureel. Ik ging ook rechtstaan en wandelde naar de deur. Aro hield de deur voor mij open en we wandelden naar de troonzaal.

“Aro?” Mijn stem klonk twijfelend. “Ben jij ook eens verliefd geweest?”

“Of ik verliefd ben geweest in mijn mensenleven weet ik niet meer, maar in dit nieuwe leven ben ik nog maar één keer verliefd geweest.”

“Op wie?”

“Mijn vrouw Sulpicia.” Hij had een dromende blik in zijn ogen en ik begon aan Sulpicia te denken. Als wacht had ik haar nog niet vaak gezien, maar ik wist dat Aro haar graag zag en dat ze een eeuwig leven samen hadden. Is Laurens voor mij wat Sulpicia is voor Aro?

XXX

Toen we in de troonzaal aankwamen waren Marcus en Caius ook al aanwezig. Ze keken naar Aro en mij, maar ik negeerde hun blikken. Ik ging op mijn plek naast mijn broer staan.

“Al wat kalmer?” vroeg hij me. Ik keek hem aan en hij lag meteen op de grond. Dit was de tweede keer dat ik mijn gave gebruikte tegen Alec, maar hij begon mij meer en meer te irriteren.

“Laat me met rust,” siste ik. Hij keek me geschrokken aan.

“Demetri, laat onze gast maar binnen,” riep Aro. Ik wachtte geduldig af en hoorde de grote deuren opengaan. Ik keek op en zag iemand binnenwandelen die ik niet verwachtte.

“Laurens,” fluisterde ik. De hele wacht keek me verbaasd aan en ook Laurens keek me aan.

“En wie hebben we hier?” vroeg Aro.

“Laurens, ik ben hier voor mijn verleden.” Laurens reikte zijn hand uit alsof hij wist wat Aro deed. Mijn meester nam zijn hand gretig, maar zijn gezichtsuitdrukking veranderde al gauw. Ik wist wat dit betekende. Laurens zijn doodsvonnis was getekend en dat deed pijn aan mijn hart.

“Het verleden herhaalt zich blijkbaar.” Aro draaide zich naar ons om.

“Aro, mag ik je eerst zeggen dat het meisje niets van onze wereld af weet.” Aro keek hem aan. “Het meisje is een patiënt van Dr. Cullen en zijn kinderen helpen hem daarbij. Ze heeft zelfmoord willen plegen.” Ik zag dat Aro twijfelde, maar dan keek hij naar mij en dan terug naar Laurens.

“Voor één keer is het in orde, maar je kunt voor mij een boodschap overbrengen naar Carlisle. Dat hij voorzichtiger moet zijn.”

“Zal ik zeker doen. Kan je mij nu helpen?” Aro knikte en nam Laurens zijn hand terug vast.

“Wat wil je weten?”

“Mijn mensenleven.” Ik herinnerde me dat Laurens niets wist van zijn mensenleven en dat hij het graag wilde weten.

“Hm.” Aro hield zijn hand voor nog een minuut vast en liet die dan los.

“Je hebt een prachtig mensenleven gehad. Het is een zonde dat je die niet herinnert.” Ik keek verbaasd naar het tafereel.

“Vertel het me, Aro. Ik smeek het je. Ik wil weten wie ik was voor ik een vampier werd.” Eén blik in zijn ogen en ik zag dat Laurens radeloos was.

“Mijn jongen, je mensenleven is inderdaad wazig.” Laurens was teleurgesteld.

“Toch bedankt voor je hulp.” Hij wilde weggaan, maar Aro hield hem tegen.

“Het meisje in het ziekenhuis hoort bij je mensenleven.” Laurens hield halt en draaide zich langzaam om. “Ze was je verloofde, maar jullie kwamen terecht in een zwaar auto-ongeluk. Jij zou het niet overleefd hebben, maar je bent gered geweest door de Denalicoven.” Laurens wist even niet wat hij moest zeggen en keek geschokt.

“Het meisje haar naam was Audrey,” ging Aro verder. “Je echte naam was Bart Laurens Vercauteren.” Zijn naam was Bart. Het was een naam die perfect bij hem paste. Aro vertelde hem alles wat hij kon zien. Aro had mij eens uitgelegd hoe zijn gave werkte. De vampieren wisten meestal niet veel meer van hun mensenleven, maar Aro kon ze zien. Het waren meestal wazige beelden die hij moest ontcijferen. Laurens, of Bart, was gelukkig dat hij zijn verleden kende. Hij keek over Aro’s schouder recht in mijn ogen en glimlachte. Ik kon het niet tegenhouden en glimlachte terug.

“Bedankt voor je hulp. Ik ben blij dat ik mijzelf weer ken.” Hij bleef mij recht in de ogen kijken en Aro volgde zijn blik.

“Ha, dat is waar. Jij kent mijn dochter, Jane.” Dit verbaasde mij, want niemand was familie van hem. Enkel Marcus en Caius beschouwde hij als zijn broers. “Ik heb gezien dat je haar gemist hebt. Als je wil kan je met haar gaan praten.” Bart keek naar Aro, maar die glimlachte alleen maar. Ik besloot het heft in eigen handen te nemen en wandelde op hen af. Aro had ondertussen al een paar stappen achteruit gedaan en keek naar het tafereel dat voor zich afspeelde. Toen ik bij hem was begon ik hem vol op de mond te kussen. Eerst reageerde hij niet uit shock, maar algauw kuste hij me even vurig terug.

“Laat me nooit meer wachten,” zei ik tussen het kussen door.

“Nooit.” Na enkele tellen hoestte iemand voor onze aandacht en trokken we abrupt van elkaar weg. De wacht keek geschokt naar mij en Bart.

“Ik ben blij dat je gelukkig bent, Jane.” Aro was de enige die niet zo geschokt keek.

“Dank u, Meester.”

“Jane, ik ben je Meester niet meer. Als je wil kan je gaan en staan waar je wilt.” Mijn mond viel open en ik keek Aro verbaasd aan.

“Ik kan hem niet hier houden en ik denk niet dat jij nogmaals van hem gescheiden wil worden. Het is aan jullie.” Ik keek naar Bart en in zijn ogen zag ik dat hij liever niet in Volterra bleef.

“Dank je, Aro. We zullen je regelmatig bezoeken.” Ik wandelde naar Aro toe en gaf een kus op zijn wang. “Bedankt, vader.” Ik hoorde verschillende vampieren naar adem happen, maar ik trok er mij niets van aan. Ik wandelde naar de grote deur van de zaal toen iemand voor mij kwam staan.

“Jane, zus. Je hoort hier thuis in Volterra.” Alec keek mij smekend aan, maar hij was degene die mij de laatste weken irriteerde. “Je moet blijven. Aro is niet goed bij zijn hoofd.” Dat deed het. Alec lag op de grond te schreeuwen en ik wandelde gewoon over hem heen.

“Broertje, ik kom je nog wel eens bezoeken. Als je nog leeft.” Daarna wandelde ik samen met Bart het kasteel uit. Het was bewolkt in Italië, dus we hoefden ons geen zorgen maken.

XXX

“Waar wil je naartoe?” vroeg Bart. Ik keek naar de bestemmingen op het bord in de luchthaven.

“Het maakt mij niet uit, euhm…” Ik keek hem vragend aan. “Hoe moet ik je nu noemen?” Hij begon na te denken en na een lange stilte gaf hij uiteindelijk antwoord.

“Bart.” Ik glimlachte naar hem. “Het is mijn officiële naam en klinkt beter. Vind je niet?” Ik kon enkel maar knikken.

“Euhm, we kunnen de Cullens bezoeken,” zei ik uiteindelijk. Bart keek me bezorgd aan.

“De Denalicoven is daar nog steeds en dus ook…” Hij maakte zijn zin niet af.

“Tanya Denali,” antwoordde ik. Hij liet een grimas op zijn gezicht verschijnen.

“Ik weet niet hoe ze het gaat opnemen.”

“Hm, misschien heb je gelijk, maar als de Denalicoven nog steeds in Forks is, wilt dat zeggen dat de kans op ontdekking groter is.”

“Je gaat toch niet als Volturi naar Forks?” Dit was een terechte vraag. Ik wilde geen Volturi meer zijn en had daar de perfecte oplossing voor.

“Ik weet waar we eerst naartoe gaan.” Hij keek naar me en in zijn ogen zag ik nieuwsgierigheid.

“Ga je het me nog zeggen?” vroeg hij nadat het duidelijk werd dat ik het niet zomaar wilde zeggen.

“Las Vegas!”

“Las Vegas?” vroeg hij verbaasd. “Gaan we naar de casino’s?” Ik schudde mijn hoofd.

“Ik dacht om te trouwen.” Wat er dan gebeurde schokte me erg.

“Trouwen!?” Hij begon achteruit te lopen. “Dit gaat me te snel Jane.” Dit deed mij zeer. Zag hij mij dan niet graag?

“Het is te vroeg, Jane. Ik zie je graag en ja, ik heb je gemist.” Hij zag recht in mijn ogen en zag mijn pijn. Hij wandelde naar me toe. “Waarom wil je trouwen?”

“Ik wil je naam dragen. Ik wil niet langer Volturi heten.” Hij gaf me een kus op mijn voorhoofd.

“Je kan Jane Vercauteren heten als je wilt. Officieel ben ik toch Laurens Denali.” Hij keek me glimlachend aan.

“Waar gaan we dan nu naartoe?”

“Laten we gewoon naar huis gaan.” Hij nam mijn hand en we wandelden naar de ticketbalie. “Twee tickets in businessklas naar Seattle, alstublieft.”

“Mag ik je gegevens, alsjeblieft?” Ik nam mijn Italiaans paspoort terwijl Bart zijn Amerikaans nam. De dame achter de balie tikte onze gegevens in en gaf dan onze paspoorten terug. “Dat komt dan op $ 1300, meneer Denali.” Ik wilde betalen, maar Bart was sneller.

“Ik trakteer,” glimlachte hij.

“Alstublieft,” zei de dame toen ze onze tickets gaf. “En prettige reis verder.” Nu pas zag ik haar naar Bart staren, maar als lid van de Volturi wist ik dat ik niets kon ondernemen, dus moest ik maar genoegen nemen met haar kwaad aankijken.

“Ik ben van jouw, alleen maar van jouw,” fluisterde hij in mijn oor. We gingen naar zijn familie in Forks en niets kon nog stuk gaan. Althans dat dacht ik.

JacobPOV


Audrey haar vriendin bedankte me, omdat ik haar gelukkig maakte. Ik herinnerde me nog heel goed hoe ze kwaad Audrey’s ziekenhuiskamer uitstormde.

“Jacob Black.” Ik stak mijn hand uit en ze schudde mijn hand.

“Julie Vercauteren. Bedankt. Dankzij jouw heb ik mijn beste vriendin nog.” Ik hoorde Nick en Lesley aankomen. Audrey keek op en glimlachte naar hen. Ook Julie begon naar hen te kijken. Ze bekeek eerst Nick van kop tot teen en liet dan haar ogen glijden over Lesley. Toen ze bij de ogen kwam, bleef ze stokstijf staan. Ik keek wat er gebeurde bij Lesley en die had dezelfde reactie. Dit kon niet waar zijn. Lesley’s imprint was een meisje.

“Lesley!!” Dit was de stem van Nick. Lesley bleef naar Julie kijken en reageerde niet op haar broer. Audrey bekeek dit tafereel met een grote glimlach op haar gezicht.

“Audrey,” fluisterde ik. Audrey draaide haar hoofd naar me toe. “Vind je het niet raar dat Julie de imprint is van een meisje.” Audrey begon keihard te lachen en ik keek haar aan alsof ze gek aan het worden is.

“Jake, als Julie de imprint van een jongen was dan zou ik raar hebben opgekeken.” Ze keek me in de ogen en zag dat ik nog vragen had. “Julie is lesbisch.” Mijn mond viel open.

“Oh.” Ik kon even niet geloven wat ik hoorde.

“LESLEY!!!” Ik werd uit mijn schok getrokken door de stem van Nick.

“Nick,” zei ik kalm. “Kan het wat stiller?” Hij keek mij aan alsof ik gek aan het worden was.

“Mijn zus staat hier als een standbeeld en jij vraagt mij om stiller te zijn? Sorry dat ik panikeer.” Audrey begon plots keihard te lachen en Nick begon te trillen.

“Nick, kalmeer,” zei ik in mijn alfastem. “Je wilt niet dat er ongelukken gebeuren.” Nick werd snel weer kalm. Julie kwam op dat moment weer in beweging, want ze zette een stap richting Lesley. Ik keek geschokt naar het tafereel voor ons en Audrey begon te lachen.

“Typisch Julie.” Plots begon Julie Lesley op de mond te kussen. Ik had echt gedacht dat Lesley haar zou wegduwen, maar in plaats daarvan begon ze gewoon terug te kussen. Ik keek geschokt naar het tafereel. Uiteindelijk moesten ze naar adem snakken en stopten ze met kussen. Op Lesley haar gezicht verscheen een glimlach.

“Lesley Hall!” riep Nick. Nick begon terug te trillen.

“Nick Hall. Kalmeer! Nu!” Mijn alfastem kwam weer boven en Nick kalmeerde meteen. Nu pas besefte Lesley wat er gebeurd was.

“Euhm…,” stamelde ze.

“Wat was dat?” Nick was duidelijk kwaad en geschokt.

“Wel. Zie, euhm luister. Ik, euhm.” Er kwam niets zinnigs uit haar mond en ik had moeite om mijn lach in te houden. Lesley was normaal iemand van veel woorden en nu kon ze niets uitbrengen.

“Ga je me nog uitleggen waarom je een meisje hebt gekust?”

“Euhm, ja, ik…” Ze ademde diep in. “Ik gooi het er gewoon uit. Ik ben lesbisch.” Ik was geschokt dus ik was zeker dat het bij Nick erger is.

“Lesbisch?”

“Ja, je weet toch wat dat is. Dat is een meisje die enkel op meisjes valt.”

“Dus daarom is Julie je imprint,” zei ik.

“Imprint?” vroeg Julie. Het was het eerste woord dat ze uitbracht sinds Lesley op haar was geïmprint.

“Jake, schat. Ik denk dat we beter ergens anders naartoe kunnen gaan. Dit is niet de plaats om het uit te leggen.” Audrey gaf altijd de correcte opmerkingen.

“Je hebt gelijk. Nick, Lesley, we gaan naar First Beach. Daar gaan we Julie alles uitleggen.” Ik draaide me om naar mijn vriendin. “Jij kunt daar komen?”

“Ja, maar ik wil eerst de Cullens verwittigen.”

“Ik ga mee.” Ik nam haar hand vast en we wandelden naar de plaats waar de Cullens stonden. Julie volgde ons voorbeeld.

“We gaan naar La Push. Lesley is op Julie geïmprint,” lachte mijn engel. “We gaan haar alles uitleggen.”

“Het komt allemaal oké, Julie,” zei Alice. Ik volgde haar blik en zag dat Julie langzaam begon te glimlachen. Julie wandelde dan terug naar Lesley. Audrey en ik zwaaiden naar de Cullens en gingen dan naar Audrey’s Porsche.

“Wees voorzichtig,” fluisterde ik.

“Ik mag nog niet rijden,” lachte ze. “Julie rijdt.” We keken naar waar Julie stond en zag dat ze met Lesley praatte.

“Ik mis je nu al,” zei ik voor ik haar zachte lippen kuste. Ik wandelde naar Lesley en Julie. “Julie, Audrey wacht op je.” Julie knikte en ging naar Audrey toe.

“Kom, we gaan vertrekken. Ik moet eerst nog iets nakijken,” zei ik tegen de tweeling. Ik begon naar de rand van het bos te wandelen en ik hoorde dat de Halls mij volgden. Zodra ik uit het zicht was van mensenogen transformeerde ik naar mijn wolvenvorm en rende naar het huis van de Uleys.

XXX

Seth en Leah waren er al en keken me bezorgd aan.

Jamie en Damian hebben allebei de kenmerken. zei Seth bezorgd. We hebben schrik dat ze tegelijk gaan transformeren.

Wanneer denk je dat ze gaan transformeren?

Hopelijk niet vandaag. Ik heb nog plannen vandaag. Ik keek naar Leah alsof ze gek aan het worden was.

Jacob, kan ik naar huis gaan? vroeg Nick. Ik heb al genoeg gezien vandaag.

Waarover heeft die het? vroeg Leah.

Zijn zus heeft ons nog iets te zeggen. lachte ik. Nick begon naar mij te grommen, maar ik negeerde hem. Ik kon nu niet weg. Als er twee wolven zouden transformeren, dan moest ik hier blijven. Lindsay en Nick, jullie kunnen naar First Beach gaan en Julie alles uitleggen.

Wie is Julie? vroeg Seth.

De imprint van Lesley. De blikken van mijn roedel waren verbaasd.

Het is wel een rare naam voor een jongen, zei Seth.

Het is ook geen jongen, antwoordde ik.

Wil je nu zeggen dat Lesley lesbisch is? vroeg Leah. Ondertussen waren ook Colin en Brady in hun wolvenvorm getransformeerd.

Meen je dat nu? Dan was Lena haar lief. De hele roedel begon de herinnering van Lesley terug te zien. Lesley begon zich te schamen en rende plotseling weg. Ik begon haar te volgen.

Lesley, wacht. Ze negeerde me en bleef rennen. Ik besloot dan om mijn alfastem te gebruiken. Lesley, wacht nu! Ze hield meteen halt en draaide zich om. Als je wilt kan je naar mens transformeren.

Waarom zou ik dat willen? vroeg ze me.

Dan kan je rustig praten zonder de anderen. Lesley liep achter de bossen en kwam enkele tellen later terug in haar mensenvorm.

“Waarover wou je praten?” Ik draaide me om en verdween achter de bossen. Ik transformeerde naar mijn mensenvorm. Ik deed mijn short aan en wandelde dan terug naar Lesley.

“Ik wil met je praten.”

“Ik heb niets te zeggen.”

“Ik heb gewoon één vraag.” Lesley keek me aan en wandelde daarna naar een omgevallen boomstam. Ik volgde haar en ging naast haar zitten.

“Vraag maar.”

“Waarom schaam je je?” Ze keek me aan en ik zag dat er tranen over haar wangen liepen. “Er is toch niets om je over te schamen.”

“Heb je ze al naar mij zien kijken?” vroeg ze kwaad. “Ze kijken me aan alsof ik een paria ben.”

“Dat is niet waar. Niemand kijkt je raar aan omdat je lesbisch bent.” Ze keek me aan alsof ik twee hoofden had. “Kijk, de roedel is één grote familie.”

“Jij hebt duidelijk mijn broer niet zien kijken.”

“Praat met hem. Ik weet dat jullie relatie niet altijd perfect is, maar je kunt alleen maar proberen.” Ze keek naar het bos, voordat ze me een antwoord gaf.

“Misschien heb je gelijk.”

“Ik heb altijd gelijk,” lachte ik. “Ga naar Julie. Vertel haar alles en word gelukkig.” Ze gaf me plotseling een knuffel.

“Bedankt.” Ze sprong recht en rende weg. Ik wandelde terug achter de bossen, deed mijn short uit en transformeerde naar mijn wolvenvorm. Ik was blijkbaar net op tijd, want Jamie Uley was op dat moment getransformeerd.

Hoofdstuk 9 - Twee weken

TWEE WEKEN LATER…

AudreyPOV

Ik kan niet geloven dat ik twee weken geleden de waarheid over Jacob en de Cullens heb ontdekt. Ik had het soms nog moeilijk met de situatie. Een wereld waarin vampieren en weerwolven bestaan. Straks gaan ze me nog vertellen dat er heksen en tovenaars zijn. Ik had misschien geen Harry Potter boeken moeten lezen. Mijn verjaardag was ondertussen ook al gepasseerd, maar ik had er niet echt van genoten. Dat kwam door verschillende redenen en één ervan was, dat het de dag van mijn huwelijk had moeten worden.

*FLASHBACK*
Ik mocht vandaag het ziekenhuis verlaten. Ik was blij dat ik deze plek mocht verlaten.

“Gelukkige verjaardag!” Ik draaide me om en zag Liesbeth aan de deur staan. De tranen begonnen over mijn wangen te lopen. Vandaag was het 15 oktober 2110, mijn achttiende verjaardag, mijn huwelijksdag. Dat laatste zou nu niet meer doorgaan, maar dat wilde niet zeggen dat ik het er niet moeilijk mee had. “Oh, meisje toch. Sorry, ik was het totaal vergeten.” Liesbeth nam me in een knuffel en begon troostende woorden in mijn oor te fluisteren.

“Wat ben je met die egoïstische trien aan het doen?” Die stem had ik liever niet gehoord. Ze klonk zo vol haat.

“Julie, verontschuldig je meteen.” Timothy en Liesbeth hadden al gauw ontdekt dat Julie en ik ruzie hadden, maar toen ze ontdekte wat de oorzaak was, steunden ze mij meer dan Julie.

“Waarom zou ik? Ze springt toch liever van kliffen. Wel dat ze het meteen terug gaat doen. Dan zijn we ervan af.” Dit deed zoveel pijn. Mijn beste vriendin haatte me en zag me tegenwoordig liever dood, dan levend.

“JULIE,” riep haar moeder. “Je gaat je nu verontschuldigen. Audrey heeft fouten gemaakt en ze heeft daar spijt van, maar dat wil niet zeggen dat je haar zo moet behandelen.” Julie keek eerst naar haar moeder en dan naar mij. Toen ze mij in de ogen keek zag ik verschillende emoties: haat, liefde, pijn en schuld. Ik had Julie pijn gedaan door zelfmoord te willen plegen en ik zou het proberen goed te maken.

“Sorry,” fluisterde ze heel stil.

“Ben je klaar om te vertrekken?” vroeg Timothy aan me. Ik knikte en nam mijn krukken. Ik wilde net mijn zak pakken toen Timothy hem nam. “Ik zie je die niet dragen.” Ik glimlachte naar hem.

“Bedankt.” Julie verliet als eerste de kamer en Liesbeth volgde haar. Ik hinkelde naar de deur en Timothy wandelde achter mij.

“Gaat het wel?” vroeg hij.

“Ja, het is wennen, maar het komt wel goed.” Ik wandelde naar de lift en zag dat Liesbeth de deur openhield.

“Tim, schat. We kunnen beter een rolstoel halen,” zei ze.

“NEEN,” gilde ik. Ze keken me allemaal aan. “Ik haat rolstoelen.”

“Ik hoop dat je mij niet haat.” hoorde ik iemand lachen. Ik draaide me langzaam om, niet dat ik het snel kon, en zag Emmett staan. “Ik zal je dragen naar de auto.” Nog voor ik kon protesteren had hij mij al in zijn armen en wandelden we de trappen af.

“Bedankt, Emmett.”

“Het is graag gedaan. Al had ik je graag zien sukkelen,” lachte hij.

“Dat geloof ik.” Ik begon te lachen en werd plots weer neergezet.

“Hier zijn we al.” Ik keek achter me en zag de huurauto van Timothy en Liesbeth staan. Ik glimlachte naar hem en dan vertrok hij naar zijn eigen wagen.

Enkele minuten later wandelden Julie, Liesbeth en Timothy het ziekenhuis uit. Julie negeerde me en stapte in de wagen. Liesbeth daarentegen hield de deur open en Timothy hielp me in de wagen te stappen. Daarna stapten ze zelf in en enkele tellen later verlieten we de parking.

“Ik hoop dat je je kamer goed gaat vinden,” zei Liesbeth na een tijdje.

“Kamer?” vroeg ik verbaasd. “Mijn kamer bij de Newtons is toch nog steeds dezelfde?”

“Oh, dat is juist. Dat hebben we je nog niet verteld, maar je komt bij ons wonen,” zei Timothy. “We dachten dat het beter was voor je herstellingsproces.” Ik keek hen geschokt aan, daarna gleed mijn blik naar Julie en die was enkel doelloos naar buiten aan het kijken.

“Euhm, dat hoeft niet,” zei ik. “Ik heb het heel goed bij de Newtons.”

“Dat kan zijn, maar ik zal me beter voelen als je bij ons komt wonen.” De toon die Liesbeth gebruikte, maakte het heel duidelijk dat ze geen tegenspraak duldde. We reden verder naar hun huis en ik was eigenlijk wel benieuwd naar mijn kamer.
*FLASHBACK*

Dat is waar ik nu zat, in mijn nieuwe kamer. Liesbeth had er alles aan gedaan om mij hier thuis te doen voelen. Er werd op de deur geklopt.

“Binnen,” zei ik stil.

“Kom je eten, Audrey?” vroeg Liesbeth. Ik stond op en volgde haar naar beneden. Julie en Timothy zaten al aan de tafel te wachten.

“Hoe gaat het?” vroeg Timothy. Ik zette me neer en glimlachte naar hem.

“Goed. Het gaat elke dag beter. Zeker nu dat gips van mijn been is,” lachte ik. Julie zei niets en was me aan het negeren. Liesbeth was ondertussen het eten op tafel aan het zetten.

“Ik ben blij dat je weer normaal kunt stappen.”

“Ik ook. Ik ga ook blij zijn dat ik terug naar school mag gaan.” Ik schepte wat eten op mijn bord en begon dan rustig en in stilte te eten.

XXX

De avond en nacht was snel voorbij gegaan en ik mocht eindelijk weer naar school. Er was maar één probleem. Ik mocht zelf nog niet rijden en dus moest ik met Julie mee.

“Ben je eindelijk klaar om te vertrekken?” vroeg ze ongeduldig. Ik knikte en wandelde naar buiten. Voor ik instapte gooide ik haar mijn sleutels.

“Als ik dan niet mag rijden, kan jij maar beter mijn wagen gebruiken.” Ze keek me aan alsof ik een extra hoofd had en ik haalde enkel mijn schouders op. Ik opende mijn deur en stapte in. Julie wandelde rond de wagen en volgde mijn voorbeeld.

“Waarom doe je vriendelijk tegen mij?” vroeg ze nadat we vertrokken waren. Ik keek haar aan, maar ze keek enkel recht voor haar uit. “Ik heb je uitgescholden en genegeerd, maar toch doe je alsof ik je beste vriendin ben.”

“Je bent mijn beste vriendin.” Ik keek terug naar buiten en zag de groene bossen passeren.

“Sorry.” Ik keek op en zag dat Julie tranen over haar wangen had lopen. Ze reed de parking op en parkeerde de wagen. Ze keek me daarna aan. “Het spijt me voor alles wat ik tegen je gezegd heb.” Ik zag dat ze het deze keer wel meende in tegenstelling tot die keer in het ziekenhuis.

“Nee Julie. Ik moet sorry zeggen. Ik ben degene die niet aan mijn familie en vrienden heeft gedacht toen ik sprong.” Er begon tranen uit mijn ogen te vallen. “Ik had niet mogen springen. Ik had toen al naar Jacob moeten luisteren, maar ik was te koppig.” Ze omhelsde me plots. Ik was geschrokken, maar omhelsde haar gauw terug.

“Ik ben blij dat we weer praten,” zei ze. “Ik heb je gemist.”

“Ik heb jou ook gemist.” Ik gaf haar een kus op haar voorhoofd en trok me dan terug uit de knuffel. “Kom, we moeten naar de les.” Ik stapte uit de wagen en Julie volgde mijn voorbeeld. De Cullens zagen ons samen uitstappen en zagen onze betraande ogen. Ze liepen meteen op ons af.

“Wat is er gebeurd?” vroeg een bezorgde Rose. “Waarom zien jullie eruit alsof er iemand dood is?”

“Het is niets, Rose,” zei ik tegen haar.

“We moesten dringend met elkaar praten,” ging Julie verder. “Het was gewoon een heel emotioneel gesprek.” Ze glimlachte daarna naar mij en ik kon het niet laten om ook te glimlachen. Ik keek dan over de schouders van de Cullens heen en zag mijn vriend staan.

“Jake!” riep ik terwijl ik naar hem toe liep. Ik sprong in zijn open armen en hij draaide met mij rond. “Ik heb je gemist.”

“We hebben gisteren nog met elkaar gebeld. Heb je het al aan je schoonouders verteld?” vroeg hij mij. Ik schudde langzaam mijn hoofd. Ik had hem twee weken geleden al beloofd dat ik met hen zou praten, maar ik durfde niet goed.

*FLASHBACK*
Ik was naar de televisie aan het kijken toen Jacob binnenkwam. Na ons gesprek van gisteren, kwam hij regelmatig binnengeglipt om mij te zien.

“Dag schoonheid.”

“Hoi.” Hij kwam naast me op het bed zitten.

“Ik heb zitten nadenken.” Ik keek hem aan en zag dat hij zenuwachtig was. “Euhm… Ik wilde het over ons hebben.”

“Wat wil je over ons zeggen?” Ik keek hem aan en probeerde hem gerust te stellen.

“Wat zijn we nu?” vroeg hij na een secondelange stilte.

“We zijn vrienden,” antwoordde ik.

“Niet meer dan dat?” Hij klonk erg teleurgesteld en eigenlijk wilde ik ook meer dan vrienden zijn, maar we kenden elkaar nauwelijks 3 dagen. Was het dan aangeraden om nu al aan een relatie te beginnen? Ik wist dat we voor elkaar bestemd waren, maar het was misschien toch wat vroeg.

“Ik wil wel meer dan vrienden zijn, maar…”

“Maar wat?” onderbrak hij mij.

“Ik zou normaal gezien morgen trouwen. Mijn schoonouders gaan misschien denken dat ik hem niet graag zag.” Ik besefte dat ik aan het huilen was toen Jacob de tranen van mijn wangen veegde.

“Ik snap je, maar je hoeft de buitenwereld nog niets te zeggen. Ik wil gewoon kunnen zeggen dat je van mij bent.” Hij glimlachte toen hij dat laatste zei.

“Ik ben van je. Je hoeft geen schrik te hebben.”

“Beloof me dat je binnenkort met je schoonouders gaat praten.”

“Ja, maar niet nu.” Hij omhelsde me.

“Ik zie je graag,” fluisterde hij in mijn oor.

“Ik zie jou ook graag.” Ik nam hem stevig vast en was blij dat ik kon zeggen dat hij van mij was.
*FLASHBACK*

“Ik weet dat ik het je beloofd had, maar het is niet simpel.” Hij keek mij glimlachend aan.

“Ik begrijp je en neem je tijd.” Hij kuste me zachtjes op mijn lippen.

“Audrey Shirley Verhoeven!” gilde Julie. Ik sprong van Jacob weg en keek haar schuldig aan. “Sinds wanneer heb jij een nieuwe vriend?” Ik wist niet goed wat ik moest zeggen, want ik dacht dat ze het niet zou begrijpen.

“Euhm…”

“Twee weken,” antwoordde Jacob. “We weten dat we elkaar nog niet lang kennen, maar we hadden beide het gevoel dat we niet zonder elkaar konden.” Julie begon te glimlachen.

“Liefde kent geen tijd. Ik ben blij dat ze weer kan glimlachen.” Ze keek naar mij en dan terug naar Jacob. “Jij bent degene die haar gered heeft.” Het was geen vraag, maar een opmerking.

“Jacob Black.” Jacob stak zijn hand uit en Julie schudde zijn hand.

“Julie Vercauteren. Bedankt. Dankzij jouw heb ik mijn beste vriendin nog.” Er kwamen toen een jongen en een meisje aangewandeld. Het was duidelijk dat ze familie waren van elkaar. Julie begon ze alle twee te bestuderen en plotseling bleef haar blik staan. Ik keek dan naar Jacob, die naar zijn vrienden keek. Er was duidelijk iemand op Julie geïmprint.

JanePOV

Twee weken was het nu al. Twee weken liep ik verdwaasd door het kasteel van de Volturi. Aro had me al bij hem geroepen om mijn gedrag in vraag te stellen, maar ik kon hem er zelf niet bij helpen. Mijn gedachten waren zo in de war dat zelfs Aro met zijn gave er niets van snapte. Ik had altijd gedacht dat niemand mij kon liefhebben, omdat ze bang van mij waren. Laurens daarentegen had geen schrik toen hij zag dat ik een vampier zonder twijfel kon doden. Het was alsof hij dat normaal vond. Toen hij wat over zichzelf vertelde, had ik op een bepaald moment zelfs met hem te doen. Hij wist niet wie hij was en wilde het zo graag weten, maar had schrik voor de gevolgen. Ik kon hem best begrijpen, want de persoon die het zou kunnen weten was een mens. Hij kon haar niets vragen, want dan moest hij vertellen wat hij was en dat was verboden in onze wereld. We waren klaar met jagen en we besloten om naar zijn hotel te gaan. Hij vertelde meer over zijn nieuwe familie en ik was geschokt toen ik hoorde dat hij de Cullens kende. Dit was voor mij de beste gelegenheid om op een goed blaadje te komen bij Aro, want hij wilde nog altijd de Cullens vernietigen. Hij had zeventig jaar geleden een boodschapper naar hen gestuurd, die hem vertelde dat Bella nu ook een vampier was. Aro was razend en het gevolg was dat die boodschapper niet meer leefde. Ik wilde de boodschap meteen gaan doorgeven, maar de nacht met Laurens had mij van gedachten doen veranderen. Laurens was het enige waar ik aan dacht de laatste tijd en ik was daar niet altijd even blij mee. Aro had er zelf mee gelachen toen hij deze gedachten zag. Hij noemde Laurens zelfs mijn nieuwe scharrel, maar voor mij had hij meer betekenis.

*FLASHBACK*
Laurens was naar het plafond aan het staren en ik besloot om te vertrekken.

“Laurens,” fluisterde ik. Hij liet zijn ogen over mijn lichaam glijden en ik kon niet zeggen dat ik het niet graag had. “Dit had niet mogen gebeuren,” kon ik uiteindelijk zeggen. Hij keek me recht in de ogen.

“Waarom?”

“Jij hebt een vriendin ten eerste en ten tweede woon ik in Italië.”

“Jane, ik heb geen spijt dat dit gebeurd is.” Ik had er ook geen spijt van, want het voelde zo goed aan. Laurens stapte uit bed en kwam voor mij staan. “Ook al was dit eenmalig.” Ik wilde helemaal niet dat het eenmalig was, maar misschien was het een goed idee om elkaar niet meer te zien.

“Je kent me niet,” zei ik beschuldigend.

“Ik weet dat je de meest gevreesde vampier bent. Ik heb je gave gevoeld, Jane.” Ik kon even niets zeggen en was aan het nadenken. Dit mocht niet gebeuren en ik besloot om terug naar Volterra te gaan. Ik raasde door de kamer om al mijn kleren te zoeken en net voor ik de kamer verliet keek ik hem schuldig aan.

“Sorry.” Ik rende op vampierensnelheid het hotel door en daarna door Seattle. Ik wilde hier zo snel mogelijk weg. Ik moest hier weg, want deze gevoelens waren niet normaal. Waarom voel ik zoveel pijn?
*FLASHBACK*

“Zus?” Ik keek op en zag mijn broer Alec staan. “Gaat het wel?” Ik wandelde van hem weg, want ik wilde echt niet over mijn problemen praten met hem. Hij stond plotseling voor mij. “Jij gaat eerst met mij praten. De laatste twee weken gedraag je je totaal anders.” Ik keek hem recht in zijn ogen en liet dan mijn gave werken. Ik stapte over hem heen toen hij op de grond viel.

“Laat me gerust, Alec.” Ik kwam toen in de eetzaal en zag Aro staan.

“Ha, Jane, schat.” Hij had zijn gekende glimlach op zijn gezicht.

“Ja, meester,” zei ik droog.

“Ik had je nodig. Er zijn geruchten dat in Amerika te veel vampieren op één plek zijn.” Aro wandelde naar zijn troon en ging zitten. “Ik wil dat je er naar toe gaat samen met Felix, Demetri en Alec.”

“Ja, meester.” Ik had eerlijk gezegd geen zin om naar Amerika te vliegen, maar ik kon Aro moeilijk iets weigeren. “Wanneer vertrekken we?”

“Ik wil dat je zeker nog twee weken wacht. Ik heb gehoord dat het twee covens waren. Dus misschien vertrekt er nog één.”

“Oké, meester.”

“Je kunt gaan, Jane.” Ik draaide me om om de zaal te verlaten. “Trouwens over een uur is Heidi terug.” Ik keek naar Aro en gaf hem een knikje dat ik het begreep. Over een uur konden we eindelijk weer eten. Mijn gedachten gingen terug naar Seattle en naar Laurens. Zou hij mij ook zo missen?

LeahPOV

Ik werd wakker van iemand die op mijn deur klopte en ik wandelde slaperig naar de voordeur. De slaap was snel verdwenen toen ik de man van mijn dromen zag staan. Hadden ze me vroeger verteld dat ik me nu in een relatie zou bevinden, dan had ik heel hard gelachen.

“Dag schatje.” zei hij voor hij mij innig op de mond kuste.

“Goeiemorgen.” Ik kon enkel glimlachen naar hem. “Zo vroeg?”

“Jake wilt naar FHS gaan om zijn vriendinnetje te zien, maar met die vampieren wilde niemand dat hij alleen ging.” Ik kuste hem zachtjes op zijn lippen en liet hem dan passeren.

“Ach, het is dankzij die stomme bloedzuigers dat hij zijn vriendinnetje heeft gevonden.”

“Misschien, maar zijn ze echt veilig?” vroeg hij.

“Ze zijn anders dan normale bloedzuigers. Ze drinken geen mensenbloed. Ze appreciëren het mensenleven te veel om het van iemand af te nemen.” Ik kon niet geloven dat dit uit mijn mond kwam. Ik, Leah Clearwater, sprak positief over de Cullens.

“Ik ben eigenlijk blij dat ze in Forks wonen, anders had ik je nooit ontmoet,” fluisterde hij in mijn oor. Dan begon hij mijn hals te kussen en hij ging steeds lager. Zijn handen ging naar mijn bloesje en trokken het langzaam naar boven. Voor ik het goed en wel besefte deed ik hetzelfde bij hem en het werd heel warm in de woonkamer.

XXX

“Ik moet gaan.” Hij gaf me nog gauw een kus op de mond voor hij vertrok. “Ik zie je graag.”

“Ik zie jou ook graag,” antwoordde ik met een glimlach. Ik kon niet geloven dat ik eindelijk op iemand geïmprint had. Mijn leven stond letterlijk op z’n kop. Ik wilde terug gaan slapen toen er weer werd geklopt. Ik deed het laken rond mij en wandelde naar de voordeur. Ik kon het niet laten om te grommen.

“Rustig, zus. Ik ben het maar,” lachte Seth toen ik de deur opendeed.

“Ik wilde gaan slapen.” Seth begon mij te bekijken.

“Aan je uitrusting te zien lag je al in bed.” Ik liet hem binnen en wandelde naar de slaapkamer.

“Ik ga me aankleden,” riep ik naar hem.

“Doe maar rustig. Jake is weg en ik heb geen plannen.” Ik zocht in mijn kleerkast naar iets gemakkelijks om aan te trekken. Het werd een simpele T-shirt en een short. Toen ik in de woonkamer kwam lag Seth uitgerekt over de zetel.

“Wat kom je doen?”

“Jij en ik moeten eens praten,” zei hij.

“Waarover?”

“Je geheimzinnige gedrag.” Ik wist dat ik mijn broer niet lang in de onwetendheid kon laten, maar ik had het liever langer gehad. Ik moest tijd winnen. Seth en de anderen mogen dit niet weten. Ik had al die tijd mijn gedachten privé kunnen houden, maar als Seth dit wist dan was de kans groot dat heel de roedel het wist.

“Hoe bedoel je?” vroeg ik verbaasd. Ik hoopte dat ik verbaasd klonk.

“Je bent minder aanwezig, je vraagt constant toestemming om vroeger te stoppen. Je bent veel vriendelijker dan vroeger. Ik zou kunnen zeggen dat je verliefd bent.” Ik moest op mijn lip bijten om niets te verklappen, want Seth zat er recht op.

“Ach, doe niet zo gek,” lachte ik het weg. “Ik verliefd? Dat gelooft zelfs god niet.” Seth keek me aan alsof ik gek aan het worden was.

“Leah, wat is er aan de hand?” vroeg hij. “Je bent jezelf niet meer. Je doet alsof je gelukkig bent.”

“Je beeldt je van alles in, broertje van me. Waarom zou ik gelukkig zijn?” Seth keek me recht in de ogen en dacht na over het antwoord dat hij wilde geven.

“Ik zou het niet weten, maar je zou mij toch vertellen als er iets veranderde in je leven?” Ik voelde me plots heel schuldig dat ik mijn eigen broer niet vertrouwde, maar ik wist niet hoe hij zou reageren als hij de waarheid ontdekte.

“Ik zou je altijd alles vertellen. Dat weet je toch.” Seth knikte en stond dan op.

“Ik zie je graag, zus. Ik hoop dat je weet dat je me kunt vertrouwen.” Nog voor ik iets kon zeggen, was hij al verdwenen. Ik wandelde naar de keuken en nam iets te drinken. Ik dacht na over het gesprek met mijn broer en voelde me schuldig. Ik wist niet dat hij zo bekommerd om mij was. Ik voelde iets over mijn wangen glijden. Ik veegde onder mijn ogen en zag iets vochtig op mijn vingertoppen. Ik was aan het huilen. Dit is ongelooflijk. Leah Clearwater is aan het huilen. Ben ik zo’n softie geworden? Ik dronk mijn cola leeg en gooide het blikje in de vuilnisbak. Ik wandelde naar de voordeur. Ik was aan het denken om te wandelen, want de wind zou me goed doen.

XXX

Ik zat aan de rand van de kliffen toen er iemand naast mij zat.

“Hallo Leah,” zei de stem. Ik draaide me om en zag Embry zitten. “Hoe gaat het met je?”

“Ben ik echt een bitch?” Embry keek me bezorgd aan.

“Hoe kom je daarbij?”

“Lesley zou erger zijn dan mij en volgens Seth was ik al erg.” Embry nam me op in een knuffel.

“Weet je wat bij jouw het probleem was?” Ik schudde mijn hoofd. “Jij moest constant de gedachten van Sam zien als hij over Emily dacht. Het is niet makkelijk om je over zijn nieuwe vriendin te horen denken. Om te zien hoe gelukkig hij met haar is.” Ik voelde de tranen weer vallen en veegde ze weg voor Embry ze zag.

“Het is niet hoe hij het gewild had.”

“Nee, dat is waar. Wist je dat Sam zich vaak schuldig voelde voor de situatie die hij gecreëerd had?” Ik keek verbaasd naar Embry. “Hij heeft je nooit willen kwetsen, maar imprinten is niet iets dat je tegenhoud. Kijk maar naar Jake.”

“Jake is nu tenminste over zijn ex,” zei ik.

“Jij toch ook,” antwoordde Embry. “Of is het niets geworden met Nick?” Ik keek hem geschokt aan.

“Hoe… Hoe?” stamelde ik. Ik kon zelfs mijn vraag niet formuleren.

“Hoe ik het weet?” Ik kon enkel knikken. “Simpel.” In plaats van het uit te leggen begon hij te lachen. Ik dacht dat hij in zijn lach zou stikken en ik werd zijn gelach een beetje beu.

“Ga je het me nog vertellen?” vroeg ik kwaad.

“Zoals ik al zei, was het heel simpel. Het viel me op dat zowel jij en Nick vaak vrij vroegen. Als jij er niet was, dan was Nick er ook niet. Trouwens Nick kan nog niet zo goed zijn gedachten blokkeren. Ik verschiet ervan dat niemand anders van de roedel het door heeft.” Ik kon hem enkel geschokt aankijken. “Komaan Leah, je had toch niet verwacht dat je dit eeuwig kon verzwijgen. Is Nick je imprint?” Ik kon enkel knikken. Het werd een tijdje stil en niemand zei nog niets.

“Hoe komt het dat je niet eerder op hem bent geïmprint?” vroeg Embry uiteindelijk.

“Ik heb Nick nog nooit ontmoet. De dag van zijn transformatie was de eerste keer dat ik hem had gezien en ik had meteen prijs.” Ik moest eigenlijk glimlachen toen ik aan die dacht terug dacht.

*FLASHBACK*
Nick Hall, de achterkleinzoon van Jared, kon elk moment transformeren. De wolven waren allemaal rond zijn huis om de wacht te houden. Seth had net Jacob geroepen, want als alfa moest hij zeker aanwezig zijn. De transformatie was vlot verlopen en toen hij weer in een mens kon transformeren, bekeek ik hem eens volledig. Nick was niet lelijk. Hij was zelfs knapper als zijn overgrootvader. Ik stopte bij zijn grote, bruine ogen en mijn wereld stond plots stil. Uiteindelijk kon ik mijn blik wegtrekken en zag ik dat niemand iets gemerkt had, behalve Nick zelf. Ik glimlachte naar hem en hij glimlachte terug.
*FLASHBACK*

Die dag veranderde mijn leven compleet. Sindsdien spraken Nick en ik stiekem af en ik had er nooit spijt van. Ik probeerde Nick te leren hoe hij zijn gedachten voor de andere wolven kon verbergen. Hij was er snel mee weg, maar duidelijk gebeurde het af en toe dat hij zich niet kon concentreren.

“Ik ben blij voor je, Leah. Jij verdient ook een beetje geluk.” Ik stond op en voor ik terug naar huis ging keek ik naar Embry.

“Jij gaat ook nog iemand vinden.” Ik glimlachte naar hem en verdween dan achter de bossen. Ik wilde nog even in mijn wolvenvorm rennen voor ik thuis nog wat ging slapen.

LaurensPOV

Het was twee weken geleden dat Alice Cullen mij de les kwam lezen, maar toch was ik niet meteen naar Forks gereden. Ik had meer tijd nodig.

*FLASHBACK*
“Je wilt het wel, maar je hebt schrik.” Ze kwam naast me staan en keek ook naar buiten. “Schrik voor de gevolgen.” Ik keek naar haar en dan terug naar buiten. Ik wist dat ze gelijk had. Ik had schrik voor de gevolgen.

“Je hebt waarschijnlijk gelijk.” Ze keek me glimlachend.

“Ik heb altijd gelijk.” Ik keek haar aan en zag dat ze het meende. “Waarom kom je niet met mij mee terug naar Forks?”

“Ik wil nog even alleen zijn.” Ik wandelde terug naar de sofa en zette me neer. “Ik twijfel over Tanya. Ik denk niet dat we voor elkaar bestemd zijn.” Ik had dat gevoel sinds ik Jane had ontmoet. Het meisje zat constant in mijn gedachten en ik kon aan niets anders denken. Tanya was niet de liefde van mijn leven, Jane was dat.

“Ik kan niet langer blijven, want ze gaan zich vragen stellen.” Ik keek naar Alice die tegen een muur leunde. “Ik heb enkel tegen Bella en Rose verteld waar ik naartoe ging, maar niet waarom.”

“Bedankt.” Ik glimlachte naar haar. “Ik apprecieer wat je gedaan hebt, maar ik moet er zelf over nadenken.”

“Laurens, ik weet dat je het moeilijk hebt, maar laat je familie en vriendin niet in de steek.” Ze wandelde naar de deur. “We zien je graag.” Dankzij mijn gave, als ik het al zo mocht noemen, wist ik dat ze de waarheid sprak. Ik wilde iets antwoorden, maar ze was de kamer al uit. Ik sloot mijn ogen en dacht na over de afgelopen dagen. Er was het feit dat Tanya loog tegen mij. Ik zou haar er ooit mee confronteren, maar dat was niet voor nu. En dan was er ook nog Jane. Ik moest constant aan haar denken. Ik had spijt dat ik haar een onenightstand had genoemd. Ze was zo veel meer dan dat.
*FLASHBACK*

Tot op de dag van vandaag miste ik Jane nog altijd, maar ik wist niet hoe ik haar moest bereiken. Ik dacht terug aan de verhalen die ze me verteld hadden, toen ik net vampier was.

*FLASHBACK*
Ik had net te horen gekregen dat ik een vampier was. Ik kon het maar moeilijk geloven.

“Een vampier?” Ik kon het niet laten en herhaalde het twijfelend. De knappe blondine naast mij knikte en glimlachte naar mij.

“Het klinkt misschien ongelooflijk, maar je bent een vampier.”

“Moet ik dan mensen doden om te kunnen drinken?” Alle mensen, of moet ik zeggen vampieren, begonnen te lachen.

“Neen, wij noemen onszelf vegetarische vampieren. Wij drinken het bloed van dieren, omdat wij geen onschuldige mensen willen doden,” antwoordde een mannelijke vampier. Mijn gedachten waren overal. Er ging van alles door mijn hoofd. Allereerst dacht ik constant aan het blonde meisje naast me, maar ook moest ik denken aan de vraag: Wie ben ik?

“Ik zal ons kort voorstellen. De blonde die naast je zit is Tanya en in de sofa zit Irina. Op de zetel zitten Garrett en Kate. Die twee zijn getrouwd.” glimlachte hij. “Ik ben Eleazar en dit is mijn vrouw Carmen. Wat is je naam?” Ik begon na te denken, maar ik kon er niet op komen. Het was alsof heel mijn geheugen leeggezogen was. Het enige wat ik wist was wat ze me nu aan het vertellen waren. Ik haalde mijn schouders op.

“Ik weet het niet.”

“Je weet het niet meer?” vroeg Irina. Ik wilde zo graag weten wie ik was, maar ik kon me niets meer herinneren.

“Dit hebben we nog niet vaak meegemaakt. Enkel Alice weet niet meer wie ze was,” mompelde Eleazar.

“Zij wist haar naam nog,” reageerde Kate. “En door haar gave vond ze gauw Jasper en de Cullens.”

“Ik denk vooral dat ze blij mag zijn dat de Volturi haar niet gevonden heeft. Of ze was nu geen familie van ons.” Ik kon het totaal niet meer volgen. Tanya had dit door.

“Jongens, laten we de jongeheer niet meer verwarren dan dat hij al is.” Ze glimlachte naar me. “We kunnen beter de regels uitleggen en een naam vinden voor hem.” Ik kon het niet laten om naar haar te glimlachen. Ze was zo bekommerd om mij.

“Wel, euhm…” Irina stopte midden in haar zin. Ze keek eerst naar de anderen en eindigde bij mij. “Ik denk dat we eerst een naam moeten zoeken.” Iedereen knikte en iedereen begon na te denken.

“Laurens,” zei Tanya plotseling. Ik keek haar aan . “Het past perfect bij je.” Ik begon de anderen aan te kijken, maar die zeiden niets.

“Euhm, oké,” antwoordde ik uiteindelijk.

“Ik denk dat het nu tijd is voor de regels. Eleazar, wil jij deze uitleggen?” vroeg Kate. Eleazar knikte.

“We zullen beginnen met het makkelijkste. We gaan je niet verbieden om mensenbloed te drinken. Die keuze is aan jou. Maar als je besluit om wel mensenbloed te drinken, vragen we je om deze familie te verlaten. Wij waarderen het mensenleven en doodden geen onschuldigen. Als je bij ons wilt blijven dan zal je dierenbloed moeten drinken.” Eleazar keek me recht in de ogen. Ik dacht erover na en eerlijk gezegd wilde ik geen onschuldige mensen doden om mijn honger of dorst te stillen. Over dorst gesproken. Ik had een brandend gevoel in mijn keel en ik had het gevoel dat ik het wilde doorspoelen.

“Ik denk dat we maar beter kunnen gaan jagen,” zei Carmen die blijkbaar zag dat ik me ongemakkelijk begon te voelen.

XXX

Het jagen ging makkelijk, toch zag ik er niet meer uit. Mijn hemd was gescheurd en hing vol bloed, maar blijkbaar had ik het heel goed gedaan.

Nu we hebben gejaagd, is het misschien makkelijker om te beslissen wat je wilt doen met je leven,” zei Garrett.

“Ik wil geen onschuldige mensen doden. Ik ga voor jullie levensstijl.” De hele familie glimlachte naar me.

“Welkom in de familie, Laurens Denali,” zei Carmen. Iedereen gaf me een knuffel en verwelkomde me in de familie. Tanya wilde ik zelfs niet loslaten. Ik had zo’n aantrekkingskracht bij haar. Ik hoorde plotseling iemand hoesten en ik liet Tanya meteen los. Ik dacht verschillende boze gezichten te zien, maar in plaats daarvan zag ik iedereen glimlachen.

“Sorry,” fluisterde ik.

“Waarom? Tanya is eindelijk gelukkig.” Ik keek naar de afkomst van de stem en zag Irina naar me glimlachen. “Ze verdient dit beetje geluk.”

“Maar we willen gewoon verder de regels uitleggen. Het is belangrijk dat je die weet, want je wilt niet in de problemen komen met de Volturi,” legde Carmen verder uit.

“Volturi?” Het was niet de eerste keer dat die naam viel en ik wilde nu wel weten wie ze waren.

“Daar kom ik later op. Eerst de regels. Eigenlijk is er maar één en dat is dat je ons bestaan voor de mensen geheim houdt. Je mag niemand vertellen wat je bent, want dat eindigt in je dood.”


“Ik kan dat begrijpen, maar wie beslist daarin?” vroeg ik Eleazar.

“De Volturi. Ze zijn de machtigste vampierencoven en ze leven in Volterra, Italië. Aro, Marcus en Caius en hun vrouwen zijn de leiders. Daarnaast is er een wacht en meestal zijn dat vampieren met gaven.”

“Gaven?”

“Ja, sommige vampieren hebben het geluk dat ze naast de gewone kenmerken, zoals snelheid, ook gaven hebben. Er zijn er die gedachten kunnen lezen of de toekomst zien. Ik ken een vampier die een schild heeft dat haar verdedigt tegen aanvallen die te maken hebben met gedachten en illusies”

“Ik kan bijvoorbeeld mensen een schok geven, maar bij Bella, het meisje waar Eleazar het over heeft, werkt het niet, omdat het enkel je verbeelding is,” zei Kate.

“Ik heb ook een gave,” ging Eleazar verder alsof Kate hem nooit had onderbroken. “Ik kan gaven herkennen. Ik krijg het gevoel dat je een gave hebt, maar het wordt door iets geblokkeerd.” Iedereen reageerde geschokt.

“Hoe kan dat?” vroeg Garrett.

“Ik weet het niet, maar misschien is het beter zo. Als de Volturi hoort dat Laurens een gave heeft, dan willen ze hem misschien hebben,” antwoordde Eleazar.

“Mij hebben?”

“Aro staat erom bekend om vampieren in zijn wacht te nemen die gaven hebben. Aro heeft zo de heksentweeling, Jane en Alec. Zij zijn de gevaarlijkste vampieren van de Volturi. Je wilt met hen zeker geen ruzie maken,” vertelde Eleazar.

“Jane kan je de pijn van je transformatie laten voelen. Het is zo hels dat je niets meer kunt doen dan enkel op de grond vallen.” Het was Irina die dit vertelde. “Alec kan al je zintuigen afsluiten. Je kan niet meer zien, horen, ruiken. Je bent praktisch een standbeeld.” Ik begon toch wel schrik te krijgen. “Soms komt die gave goed van pas, want als Aro goedgezind is bij een executie dan laat hij Alec zijn gave op je gebruiken en voel je er niets van.” Ik begon letterlijk rillingen over mijn lichaam te voelen. Ik wilde de Volturi nooit van mijn leven tegenkomen.

“Aro zelf heeft ook een gave. Hij kan met één aanraking alle gedachten van heel je leven zien,” vertelde Eleazar. “Marcus kan relaties bij vampieren en mensen zien.”

“Demetri, iemand van de wacht, kan je overal traceren.”

“Irina, Eleazar. Overstelpen we Laurens niet met al deze informatie?” onderbrak Carmen. Het was duidelijk dat zij de moederfiguur van deze familie was.

“Misschien heb je gelijk, schat.” Eleazar kuste haar op de mond en keek dan naar mij. “Als je vragen heb, kan je altijd naar mij komen.”

“Bedankt voor alles.” Ik stond op en ik wilde naar mijn kamer gaan, maar ik wist niet waar die was. “Euhm, waar is mijn kamer?”

“De trap op en dan de tweede deur aan je linkerkant,” antwoordde Tanya. Ik wandelde de trap op en ging dan de kamer binnen. Ik begon na te denken over de afgelopen uren. Van één ding was ik zeker: de Volturi wil ik nooit ontmoeten.
*FLASHBACK*

Oké, ik heb toen gezegd dat ik de Volturi nooit wilde ontmoeten, maar als ik zo Jane terug kon zien, dat moest ik het maar riskeren. Ik belde naar de vliegtuigmaatschappij om een vliegticket naar Italië te boeken. Net toen ik ophing, ging mijn telefoon.

“Hallo.”

“Laurens, ga niet.” Het was de hysterische stem van Alice.

“Alice, sorry. Ik moet gaan.”

“Je moet niet. Als je dit doet, dan breng je heel onze familie in gevaar.”

“Alice, bemoei je niet met mijn leven. Dat heeft Tanya al genoeg gedaan. Ik moet dit doen voor mezelf.” Ik hing op voor ze kon reageren en vertrok naar de luchthaven. Over iets meer dan 12u zou ik me in Rome bevinden en vandaar moest ik nog een twee uur met de auto rijden naar Volterra. Of het zou twee uur zijn als ik me aan de snelheidregels hield.